26 november 2020

Dienstongeval tijdens het voetballen

Kan er sprake zijn van een dienstongeval als een politieagent tijdens een voetbalwedstrijd een forse knieblessure oploopt? Wel als zijn sportieve inspanningen samenhangen met zijn functie binnen de politie en de werkgever daarvoor officieel diensttijd beschikbaar heeft gesteld. Dat bleek deze maand in een door de NPB aangespannen rechtszaak.

De personen op bovenstaande foto hebben niets te maken met de rechtszaak die in dit artikel wordt beschreven.

Politiemensen lopen een meer dan gemiddeld risico om door hun werk geestelijk of lichamelijk geblesseerd te raken. Bij ernstige schade is het van groot belang dat de werkgever erkent dat de oorzaak beschouwd wordt als een dienstongeval. Deze officiële erkenning geeft de gedupeerde namelijk aanspraak op de nodige ondersteuning, waaronder allerlei inkomensgaranties en het recht op vergoeding van medische kosten en smartengeld.

Vrijwillige deelname
In de zaak van de voetbalblessure weigerde het korps de onfortuinlijke botsing met een tegenstander te bestempelen als een dienstongeval. Het voorval vond plaats tijdens een indoor toernooi, georganiseerd door het gemeentelijke jeugdwerk. De agent had gereageerd op een oproep van zijn leidinggevende en zich vrijwillig aangemeld voor het negenkoppige politieteam.

Die vrijwilligheid was volgens de werkgever de reden dat er geen sprake kon zijn van een dienstongeval. Het was een simpele definitiekwestie, aldus het korps: een dienstongeval kon alleen maar plaatsvinden tijdens de uitvoering van een dienstopdracht. Daarvan was geen sprake; de agent had ook kunnen besluiten niet te gaan. Zijn inspanningen in de sporthal waren dus geen ‘werk’, met als gevolg dat daarbij ook geen dienstongeval kon plaatsvinden.

Naar de rechter
De agent riep de hulp van de NPB in bij het aanvechten van de weigering van het korps. Een interne bezwaarprocedure bood geen soelaas – de werkgever hield voet bij stuk – en dus werd besloten juridisch een stapje hoger te gaan en de zaak voor te leggen aan de rechter.

Netwerken in diensttijd
Die deed deze maand uitspraak en stelde de NPB volledig in het gelijk. De rechtbank verwerpt de stelling van het korps dat de agent in de sporthal niet ‘aan het werk’ was. De werkgever had zelf bevestigd dat het om een ‘verbindingswedstrijd’ ging, bedoeld om in contact te komen met de jongeren in het werkgebied. Het korps ziet het aanleggen van dat soort netwerken als deel van het politiewerk. In dit geval blijkt dat concreet uit het besluit van de teamchef (gemeld in het oproepmailtje) om voor de deelname aan het voetbaltoernooi diensttijd beschikbaar te stellen.

Opgedragen werk
‘Dat kan niet anders worden uitgelegd,’ aldus de rechtbank, ‘Dan dat de (vrijwillige) deelname aan het toernooi als reguliere werkzaamheden zouden worden aangemerkt.’ Toen het voetballen eenmaal plaatsvond, was dat dus wel degelijk het uitvoeren van opgedragen werk geweest. En dus komt de botsing die leidde tot de ernstige knieblessure wel degelijk in aanmerking voor erkenning als een dienstongeval.

De rechtbank vernietigde de omstreden weigering en stelde daarvoor het enige rechtvaardige besluit in de plaats.