10 april 2020

NPB Corona Logboek - 10 april

Rik van Schaik werkt als gezinsvoogd en crisishulp bij Veilig Thuis, het advies- en meldpunt voor huiselijk geweld en kindermishandeling. In de aanloop naar het Paasweekend draaide hij een crisisdienst en schreef na afloop een bewonderend verslag van zijn hartverwarmende ervaringen met politiemedewerkers. Een ode aan alle behulpzame meedenkers in het blauw, die zich ook tijdens de coronacrisis blijven inzetten voor de veiligheid in Nederland.

Het is de nacht van donderdag 9 april op vrijdag 10 april 2020, Witte Donderdag wordt Goede Vrijdag. Het begint drukker te worden in onze crisisdienst. Je kan merken dat het ‘op elkaars lip zitten’ door de coronacrisis steeds meer van mensen vraagt. En dat geldt dan vooral voor de mensen die niet de maatschappelijke en sociaal-emotionele wind in de zeilen hebben.

Verdrietige meldingen
Achter elkaar komen zeer zorgelijke en verdrietige meldingen binnen. Een losse greep: een zwangere moeder van vijf kinderen springt na een ruzie met haar man uit het raam; opnieuw fors huiselijk geweld in een vluchtelingengezin met vier kinderen; een psychotische jongen is na dreiging met een mes weggelopen van huis en wordt door de GGZ ingeschat als een gevaar voor zichzelf en voor anderen; er is een jongen op inbrekerspad; een moeder is in angstige paniek en schreeuwt in het bijzijn van haar kinderen dat ze dood wil.

Thuiswerkplek 
Van 17.00 tot 02.30 uur is het krankzinnig druk en toch hoeven wij (Samen Veilig, Veilig Thuis) er niet op uit, terwijl dat normaal gesproken wel het geval is. We kunnen vannacht op afstand inschattingen maken, overleggen, speurneuzen naar ondersteunend netwerk. Dat is mogelijk door de inzet van gedreven mensen op straat. Professionals die voor ons gaan kijken op de plekken waarvan wij vermoeden dat er cliënten of hulpverlenende personen uit iemands netwerk zullen zijn.

Politie ter plaatse
Aan wie heb ik het te danken dat ik tijdens deze dienst als medewerker van Veilig Thuis alles vanaf mijn luxe thuiswerkplek kan en mag regelen? Het antwoord is: aan de politie. In deze crisistijd reageren allerlei instanties op een verzoek om plaatsing vaak met contra-indicaties (afwijzingen op basis van de regels) – of in ieder geval met de waarschuwing ‘Morgen om 9 uur moet hij weer worden opgehaald!’ Maar iedere politiefunctionaris die ik vannacht spreek – en dat zijn er negen – is beleefd, betrokken, behulpzaam, initiatiefrijk, gevoelig en meedenkend.

Vitaal en opgewekt
Deze mensen, die dag en nacht waken over onze veiligheid – ook tijdens de huidige coronacrisis – komen op mij over als uiterst vitale en opgewekte collega’s. Ook vannacht stappen ze weer als eerste woningen binnen waar allerlei risico’s op ze wachten; ze zoeken, met succes, naar onze jongeren; ze maken samen met ons veiligheidsinschattingen; ze rijden een moeder en familie van en naar het ziekenhuis; ze bellen na hoe het ter plekke afgelopen is en sturen een dag later in een mailtje de vraag hoe het met mij gaat.

Hulp nodig
Wonderlijk! Maar vooral: geruststellend en hartverwarmend. Dat komt ook doordat ze hun betrokkenheid uiten in een taal die niet uit een boekje komt, maar recht uit hun eigen hart. Als ik die nacht een laatste kop koffie drink, geniet ik even van de volle maan en het uitzicht vanuit mijn hoge appartement. Zoals zo vaak zie ik ook deze nacht een politiewagen voorbij het park en over de busbaan zoeven. In alle stilte: alleen het blauwe zwaailicht is aan. Wij hoeven niet nodeloos wakker te worden gemaakt omdat er ergens hulp nodig is. Zij zijn er.

LEES VERDER ONDER DE FOTO

Flinke dosis humor
Ze waren er ook toen mijn zoon ruim een jaar geleden in beschonken toestand over de snelweg naar Amsterdam liep, helemaal alleen (vraag me niet waarom). Ze hebben hem perfect behandeld. Ze waren lief voor zijn moeder en hebben hem een deken omgeslagen en thuisgebracht. Als we straks weer buiten mogen spelen, ga ik voor ieder politiebureau in onze regio een taart bakken. Want ik ben ze dankbaar. Daarnaast is het enorm fijn samenwerken met deze mensen, van wie de meesten over een flinke dosis humor beschikken.

Politiemensen en medewerkers van Samen Veilig hebben iets gemeen: ze worden zelden gezien als de mensen die een ongeluk voorkwamen. Vrouwen en mannen in het blauw, namens mij: merci!

Ongelukken voorkomen 
Ester Naomi Perquin schreef in 2018 een prachtige poëziebundel voor en over de politie, getiteld ‘Lange Armen’. Uit die bundel kies ik vannacht, voor het slapengaan, het onderstaande gedicht.

Hoe meet je de zwaarte van een klap die nooit kwam,
zoek je de fiets waar niets mee is, die er nog staat?
De brand in een leegstaand schoolgebouw,
nooit uitgebroken, laat geen sporen na.

Hier is de eindeloze lijst van dingen die niet zijn gebeurd,
hier is de nooit betaalde prijs voor toeval, dronkenschap,
loslippigheid. Hier is het dodelijk ongeluk, de schade
die je nooit veroorzaakt hebt.

Hier klinkt de niet geslaakte kreet van twee
uit bed gebelde ouders. De stad zwermt
van ongehoord geluid. Je luistert ’s nachts
naar de zachte voetstap van de dochter die
onaangetast de trap op sluipt.

------------------------------

Reageren op een item in ons Corona Logboek of een bijdrage daaraan insturen? Mail naar NPB-redacteur Dick Harte.

Behoefte aan overleg met de NPB over je persoonlijke situatie of rechtspositie tijdens de coronacrisis? Stel ze in de NPB-app, via DEZE LINK of via 085 -89 00 430.

Meer over:
Corona Logboek