2 december 2021

Korps ontduikt salaris-aanspraak zij-instromers

Politiestudenten hebben vanaf hun eerste opleidingsjaar recht op een salaris (in plaats van ‘zakgeld’) als ze voorheen al twee jaar achter elkaar betaald werk hebben gedaan. Anders dan de werkgever beweerde bestaat die aanspraak ook als zij-instromers niet rechtstreeks vanuit een andere baan overstappen naar de politie. Aldus het eindoordeel van de Centrale Raad van Beroep in een door de NPB aangespannen rechtszaak over deze kwestie.

Politiestudenten ontvangen vanaf het tweede jaar van hun opleiding een salaris. In het eerste (theoretische) opleidingsjaar moeten ze het doen met ‘zakgeld’ van de werkgever – een tegemoetkoming in hun kosten, te vergelijken met een studiebeurs. Deze regeling geldt echter niet voor zij-instromers die voorafgaand aan hun opleiding minstens twee jaar achter elkaar minstens 28 uur per week hebben gewerkt voor minstens het minimumloon. Deze studenten hebben meteen vanaf het begin – dus een jaar eerder dan de andere studenten – aanspraak op een aanloopsalaris dat aansluit bij hun toekomstige functieniveau.

Verkeerd ingeschaald
Een bij de NPB aangesloten zij-instromer concludeerde gaandeweg haar eerste opleidingsjaar dat haar aanstellingsbesluit niet klopte. Op basis van haar werkervaring had ze eigenlijk geen ‘zakgeld’ toegekend moeten krijgen, maar meteen een aanloopsalaris. Praktisch probleem: de wettelijke bezwaartermijn (van zes weken) tegen het werkgeversbesluit was al verlopen.

Duuraanspraak
In overleg met de bond werd besloten een verzoek tot erkenning van een zogenaamde duuraanspraak in te dienen. Dat wil zeggen: ze deed een beroep op het korps om haar recht op een aanloopsalaris in ieder geval vanaf de datum van haar verzoek te erkennen. Ze had daarbij een duidelijk belang in de (nabije) toekomst. Kreeg ze aan het eind van haar eerste opleidingsjaar een positief studieadvies, dan zou haar tijdelijke aanstelling voor dat eerste jaar worden omgezet in een nieuwe tijdelijke aanstelling - met dan ook een nieuwe inschaling. Het alsnog vaststellen van de salaris-aanspraak zou daarop uiteraard een positief effect hebben.

Cruciale voorwaarde
Helaas ontkende het korps het bestaan van een duuraanspraak. De werkgever voerde aan dat de werkervaring van de politiestudent haar helemaal geen recht gaf op een salaris. Er zat namelijk enige tijd tussen haar vorige werk en de start van haar basispolitieopleiding. En in het Besluit bezoldiging politie (Bbp) staat duidelijk dat de salaris-aanspraak alleen geldt bij voldoende betaalde werkervaring ‘direct voorafgaand’ aan een eerste aanstelling bij de politie.

Herziening claimen
De NPB zag zich gedwongen de zaak aan de rechter voor te leggen. Die gaf de bond aan de ene kant gelijk: het korps had ten onrechte besloten dat er geen duuraanspraak bestond. De politiestudent had haar verzoek ingediend voordat haar aanstellingstermijn van een jaar afliep. Daarmee was ze ‘op tijd’ geweest om een herziening van het inschalingsbesluit met het oog op de toekomst te kunnen claimen.

Aan de andere kant vond de rechter dat het besluit van de werkgever inhoudelijk wel terecht was. De student was niet rechtstreeks van een andere baan overgestapt op een baan bij de politie en dus voldeed haar werkervaring niet aan een belangrijke voorwaarde voor de toekenning van een aanloopsalaris.

De aspiranten op de foto's staan los van de rechtszaak die in dit artikel wordt beschreven.

Hoger beroep
Een teleurstellende uitspraak, waartegen de bond in hoger beroep ging. In haar beroepschrift betoogde NPB-jurist Kim Kromhout dat het Bbp twee bepalingen kent over de inschaling van zij-instromers die een basispolitieopleiding gaan volgen. De hierboven genoemde groep (minstens twee jaar werkervaring voor minstens het minimumloon) heeft recht op een aanloopsalaris dat aansluit bij hun toekomstige functieniveau. Daarbij wordt niet als voorwaarde gesteld dat er geen tijd mag zitten tussen hun vorige baan en de start van hun politieopleiding.

Niet van toepassing
Een tweede groep zij-instromers kan desgewenst hoger worden ingeschaald en een salaris toegekend krijgen dat aansluit bij hun voorafgaande inkomsten. Hierbij geldt als voorwaarde dat hun voormalige werk minstens twaalf maanden is gedaan ‘direct voorafgaande’ aan de start van hun politieopleiding. Het moet dan dus gaan om een letterlijke overstap. Volgens mr Kromhout had de werkgever dit criterium voor een hogere inschaling ten onrechte (ook) van toepassing verklaard voor de toekenning van een regulier aanloopsalaris.

Al dan niet met tussentijd
Kort en goed: de Centrale Raad van Beroep stelde de NPB volkomen in het gelijk. Haar oordeel luidt dat op basis van de regelgeving inderdaad aanspraak op een salaris bestaat voor ‘zij-instromers met twee jaar aaneengesloten werkervaring die al dan niet direct voorafgegaan is aan de aanstelling bij de politie’. De interpretatie van de korpschef – dat de aanspraak alleen bestaat bij een direct aansluitende overstap – wordt door de Raad verworpen.

Praktische gevolgen
Zit jij als zij-instromer op dit moment in je eerste opleidingsjaar en heb je ondanks de juiste werkervaring ook geen salaris toegekend gekregen in je aanstellingsbesluit voor dat eerste jaar? Meld je dan zo spoedig mogelijk bij de afdeling Individuele Belangenbehartiging van de NPB. Wij kunnen de werkgever dan namens jou een verzoek om de erkenning van een duuraanspraak toesturen en je salaris-aanspraak in ieder geval voor de toekomst veiligstellen.

LET OP: Er zit een KEIHARDE DEADLINE aan deze juridische optie. Een verzoek indienen om herziening van je eerste aanstellingsbesluit heeft alleen nut zolang die aanstelling nog loopt. Wacht dus niet te lang, want dan kunnen je kansen verkeken zijn!

LET OP: Juridisch kan de hierboven genoemde actie (verzoek erkenning duuraanspraak) alleen iets opleveren voor de politiestudenten die MOMENTEEL in hun eerste opleidingsjaar zitten. Voor aspiranten die al verder zijn in hun opleiding – of die al afgestudeerd zijn – heeft reageren/informeren dus geen zin.

De afdeling Individuele Belangenbehartiging van de NPB is te bereiken via 085 – 23 66 800 of ibb@politiebond.nl.

Meer over:
Rechtshulp