Bondsraad - bevoegdheden en beroepscommissie (artikel 21 en 22)

Artikel 21
BEVOEGDHEDEN BONDSRAAD

De bondsraad heeft de volgende bevoegdheden:

a)      het vaststellen van de jaarlijkse begroting van de bond (op voorstel van het hoofdbestuur).

b)      het vaststellen van veranderingen in de contributie van de leden (op voorstel van het hoofdbestuur).

c)      het vaststellen van het algemene jaarverslag en het financiële verslag van de bond (op voorstel van het hoofdbestuur).

d)      het adviseren van het hoofdbestuur over zaken die voor de vereniging belangrijk zijn.

e)      het vaststellen van de inzet bij onderhandelingen over de arbeidsvoorwaarden (op voorstel van het hoofdbestuur).

f)       het beoordelen van het resultaat van onderhandelingen over de arbeidsvoorwaarden.

g)      het controleren van de voortgang bij de uitvoering van congresbesluiten.

h)      het beslissen over beroepszaken die door leden aan de bondsraad zijn voorgelegd.

i)       het al dan niet instemmen met een voorgenomen besluit van het hoofdbestuur om een  hoofdbestuurder te schorsen.

j)       het sturen van drie (3) afgevaardigden naar de kandidaatstellingscommissie die bij het ontstaan van een of meer vacatures voor een bezoldigd hoofdbestuurder wordt ingesteld om geschikte kandidaten aan het hoofdbestuur voor te dragen (overeenkomstig het bepaalde in artikel 26 van de statuten). De afgevaardigden moeten afkomstig zijn uit drie (3) verschillende afdelingen.

k)      het bekrachtigen van de benoeming van een onbezoldigde hoofdbestuurder als er tussen twee (2) ledencongressen in een vacature op dat gebied is ontstaan en de betreffende afdeling een opvolger heeft voorgedragen (al dan niet via nieuwe verkiezingen – overeenkomstig het bepaalde in artikel 25 van de statuten).

l)       het benoemen van een nieuwe bondssecretaris of bondspenningmeester tussen twee (2) ledencongressen in. Zij worden in functie benoemd op basis van een bindende voordracht van één (1) persoon (overeenkomstig het bepaalde in artikel 26 van de statuten). Besluit de bondsraad een bindende voordracht te accepteren, dan is de benoeming een feit. Een bindende voordracht kan slechts worden opgeheven met een meerderheid van minstens twee derde (2/3e) van de stemmen.

m)      het concluderen dat een meerderheid van het hoofdbestuur dient te worden ontslagen. In dat geval roept het hoofdbestuur op initiatief van de bondsraad binnen drie (3) maanden een ledencongres bijeen

n)      het aanwijzen van de externe registeraccountant die wordt ingeschakeld voor het controleren van de jaarstukken van de bond;

o)      het benoemen van de leden van de beroepscommissie van de bondsraad (zoals bedoeld in artikel 22 van de statuten) en andere door de bondsraad gewenste commissies.

----------------------------------

Artikel 22
BEROEPSCOMMISSIE BONDSRAAD

1. Tijdens zijn eerste vergadering na een ledencongres stelt de bondsraad een beroepscommissie samen, bestaande uit vijf (5) van zijn leden.

2. Deze commissie houdt zich bezig met het voorbereiden van het definitieve oordeel van de bondsraad in geschillen tussen een individueel lid en het hoofdbestuur (zoals bedoeld in artikel 19, 20 en 21 van het huishoudelijk reglement). 

3. De leden van de beroepscommissie worden benoemd voor vier (4) jaar. Een commissielid dat aantreedt na het tussentijds ontstaan van een vacature treedt af aan het einde van de zittingstermijn van zijn voorganger. Aftredende leden mogen zich direct herkiesbaar stellen.

4. De beroepscommissie werkt op basis van een door de bondsraad goedgekeurd reglement.