Wat is er mis met de huidige spelregels bij het collectief opbouwen van pensioenen?

Voor de bonden was het belangrijkste doel van de huidige spelregels dat werknemers tijdens hun werkzame jaren een steeds grotere aanspraak opbouwden op een waardevast inkomen tijdens hun pensioenjaren. De afgelopen twintig jaar raakte dat doel steeds meer uit zicht.

De waardevastheid van een pensioen hangt namelijk af van de mate waarin de uiteindelijke uitkeringen dezelfde koopkracht vertegenwoordigen als de oorspronkelijk beoogde uitkering (bijvoorbeeld 75 procent van het middelloon). Dat kan alleen bereikt worden als de pensioenen tussentijds regelmatig worden verhoogd om gelijke tred te houden met de prijsstijgingen en inflatie (in vakjargon: indexatie).

Geen koopkrachtbehoud
Helaas zaten de spelregels op het gebied van de rekenrente en de vereiste financiële buffers daarbij in de weg. Om een reeks financieel-economische crises het hoofd te bieden werd de rente op de kapitaalmarkten twaalf jaar kunstmatig laag gehouden. Mede daardoor kwamen er bij veel pensioenfondsen aanzienlijk lagere dekkingsgraden uit de bus. Dat bracht weer met zich mee dat bijvoorbeeld ABP tien jaar lang geen inflatiecorrectie kon toepassen, ondanks jaren met indrukwekkende rendementen en een opgebouwd kapitaaltegoed ter waarde van honderden miljarden.

Het gevolg voor de pensioenen was een verlies aan koopkracht dat begin 2022 was opgelopen tot wel twintig procent. De fixatie op de dekkingsgraad leidde bovendien tot langdurige onrust onder de deelnemers van pensioenfondsen. Ieder jaar opnieuw werden die geconfronteerd met sombere beschouwingen in de media over mogelijk noodzakelijke premieverhogingen en/of kortingen op de pensioenen.

Door deze afbrokkelingsberichten kwam het huidige opbouwstelsel in een kwade reuk te staan. Veel deelnemers hebben het gevoel dat ze maar moeten afwachten welke koopkracht hun werknemerspensioen uiteindelijk (nog) vertegenwoordigt wanneer zij aan de beurt zijn. Met de huidige spelregels kunnen de gebeurtenissen op de internationale kapitaalmarkten daar jarenlang een ongunstige invloed op hebben.