Congresvoorstellen 2022

Filter: Alle
Filter
1 en 2). Reboot statuten en huishoudelijk reglement van de NPB

1). Invoering geactualiseerde en meer toegankelijke statuten (hoofdbestuur)

2). Invoering geactualiseerd en meer toegankelijk huishoudelijk reglement (hoofdbestuur)

De huidige bepalingen in de statuten en het huishoudelijk reglement worden vervangen door meer toegankelijk geformuleerde teksten, waar nodig inhoudelijk aangevuld en geactualiseerd en uiteindelijk in logische samenhang gepresenteerd. Dat maakt van de statuten en het HHR vanaf 2022 hopelijk meer uitnodigende en relevante informatiebronnen – zowel voor leden van de vereniging als voor andere geïnteresseerden in het karakter van de bond en de spelregels die de leden in de loop der jaren samen hebben afgesproken.

Toelichting
In de afgelopen dertig jaar is er weinig zorg en aandacht besteed aan de toegankelijkheid van de teksten van de statuten en het huishoudelijk reglement. Na elk ledencongres werden op grond van ingediende congresvoorstellen vaak vrij impulsief veranderingen aangebracht en her en der nieuwe bepalingen geplaatst. Deze jarenlange wildgroei heeft de bruikbaarheid van beide documenten aangetast en daarmee ook hun regulerende en normerende functie binnen de vereniging.

De voor het ledencongres in 2022 gerealiseerde herziening bestaat uit een ingrijpende redactieslag om de leesbaarheid en duidelijkheid te vergroten in combinatie met inhoudelijke aanvullingen om de geldigheid en volledigheid te optimaliseren.

Aanpak
Het hoofdbestuur heeft van de statuten en het huishoudelijk reglement een volledig herziene versie gemaakt. De redactionele verbeteringen zouden moeten blijken uit het verhoogde lezersgemak; de inhoudelijke wijzigingen zijn te volgen via een handleiding. In de aanloop naar het congres hebben de afdelingen en adviesorganen ruim twee maanden de tijd gekregen om amendementen (verbeterpunten) in te dienen op specifieke (inhoudelijke) wijzigingen in de statuten en het HHR. Die worden behandeld en in stemming gebracht tijdens het congres.

--------------

Amendement (op voorstel 1 en 2)
Ingediend door de afdeling Noord-Nederland

Graag zien we een consequent gebruik van het woord ledencongres. Nu worden congres en ledencongres door elkaar gebruikt.

Stemadvies hoofdbestuur
Het hoofdbestuur adviseert het congres VOOR dit amendement te stemmen.

3). Cadeaubon voor jubilarissen - in plaats van een speldje of beeldje

Congresvoorstel afdeling Noord-Nederland
Bondsjubilarissen wordt voortaan vooraf gevraagd of ze prijs stellen op de uitreiking van een NPB-insigne of -beeldje. Is dat niet het geval, dan kunnen ze ervoor kiezen in plaats daarvan een cadeaubon te ontvangen.

Toelichting
Veel NPB-leden waarderen de toekenning van bondsinsignes en een bondsbeeldje bij een 25-, 40-, 50-, 60- en 70-jarig bondsjubileum. Die traditie moet wat ons betreft dan ook in stand blijven. Toch zijn er ook steeds meer jubilarissen die het uitreiken van een insigne als ouderwets ervaren en er eigenlijk geen prijs op stellen (ook al nemen ze hem aan).

De ervaring leert dat leden het over het algemeen wel op prijs stellen dat de NPB een bondsjubileum niet onopgemerkt voorbij laat gaan en daar een blijk van waardering aan koppelt. Wij stellen dan ook voor de leden die van een insigne of beeldje niet warm worden een alternatief relatiegeschenk in te voeren in de vorm van een waarde- of cadeaubon.

Stemadvies
Het hoofdbestuur ontraadt het instemmen met dit congresvoorstel. De uitreiking van een ‘bondsspeldje’ bij een jubileum kent een lange traditie en is een gebaar dat niet omgezet moet worden in geldelijke waardering zoals een cadeaubon. Cruciaal is juist de persoonlijke aandacht voor en het contact met de jubilaris tijdens de huldiging. (Over het algemeen vindt de uitreiking plaats tijdens een feestelijke bijeenkomst.) Bovendien zijn aan het speldje niet veel kosten verbonden en zal een cadeaubon al snel tot extra kosten leiden.

4 en 5). Extra toetredingseis voor vakbondsfuncties: in actieve dienst zijn

4). Hoofdbestuurders en bondsraadleden moeten in actieve dienst zijn (Noord-Nederland)

Collega’s die opgaan voor een termijn als onbezoldigd hoofdbestuurder of (plaatsvervangend) lid van de bondsraad moeten op het moment van hun benoeming of verlenging in actieve dienst van de Nationale Politie zijn.

Toelichting
Het is voor de geloofwaardigheid en het gezag van de bond van groot belang dat de ledenvertegenwoordigers in de bondsraad en het hoofdbestuur in overgrote meerderheid in actieve dienst zijn. De betrokkenheid, kennis en ervaring van gepensioneerde collega’s is en blijft voor de bond van waarde, maar dan bij voorkeur in andere gremia (ledenvergadering, ledencongres, adviesorgaan) of via de (sociale) mediakanalen van de bond.

Stemadvies
Het hoofdbestuur laat het oordeel over dit voorstel aan het congres (geen stemadvies).

-------------------------------

5). Afdelingsbestuurders moeten in actieve dienst zijn (Landelijke Eenheid)

Voor verkiezing in de vier functies binnen de afdelingsbesturen van de NPB (voorzitter, secretaris, penningmeester en actiecoördinator) komen voortaan alleen collega’s in aanmerking die nog in actieve dienst zijn. Gaan ze tijdens hun zittingstermijn met pensioen, dan mogen ze tot één jaar na hun pensioendatum in functie blijven.

Toelichting
Het is voor de verbinding met de werkvloer en het gezag van de bond van groot belang dat de kaderleden in het afdelingsbestuur in actieve dienst zijn. De betrokkenheid, kennis en ervaring van gepensioneerde collega’s is en blijft voor de bond van waarde, maar dan bij voorkeur in andere gremia (ledenvergadering, ledencongres, adviesorgaan) of via de (sociale) mediakanalen van de bond.

Stemadvies
Het hoofdbestuur laat het oordeel over dit voorstel aan het congres over (geen stemadvies).

6 t/m 10). Vaker een ledencongres/algemene ledenvergadering

6). Jaarlijks een ledencongres/algemene ledenvergadering (hoofdbestuur)

Om de levendigheid en geloofwaardigheid van de democratische besluitvorming binnen de bond een impuls te geven organiseert de NPB met ingang van 2022 eens per jaar een ledencongres – oftewel een landelijke algemene ledenvergadering.

Toelichting
Tot 2014 vonden de ledencongressen van de NPB eens in de drie jaar plaats en sindsdien eens in de vier jaar. Deze frequentie heeft ertoe geleid dat het machtigste orgaan van de bond de afgelopen dertig jaar (steeds) minder invloedrijk is geworden, zowel als het gaat om de evaluatie van het gevoerde beleid (de resultaten van het vakbondswerk) en het afspreken van verbeteringen en nieuwe plannen en doelen.

Dit principiële doel van het ledencongres – richting geven aan en toezicht houden op het doen en laten van het bestuur – kan in ere worden hersteld door te kiezen voor een jaarlijks ritme. Dat zorgt voor een duidelijke continuïteit en een grotere garantie dat relevante onderwerpen op tijd de door de leden gewenste aandacht (blijven) krijgen. Het zorgt ook automatisch voor een betere spreiding van onderwerpen door de jaren heen en dus voor meer ‘lucht’ in de agenda van de jaarlijkse algemene ledenvergadering.

De opzet kan hetzelfde blijven: de congresgangers zijn officieel gekozen vertegenwoordigers van de rest van de leden en hebben tijdens het congres stemrecht op basis van het aantal leden in hun afdeling.

De keuze om jaarlijks een ALV/congres te houden maakt het toezicht door de leden op het beleid tijdiger, beter te volgen en indien nodig dwingender – en daardoor onder de streep dus geloofwaardiger en aantrekkelijker. Bedenk daarbij ook dat het congres als toezichthoudend orgaan meer bevoegdheden heeft en dus steviger kan ingrijpen dan bijvoorbeeld bondsraad. De functie van dat orgaan na de invoering van een jaarlijks congres zal in de loop van 2022 nader worden besproken en leiden tot aanvullende voorstellen vanuit het hoofdbestuur voor het congres in 2023.

Amendement (Oost-Brabant)
De NPB blijft eens in de vier jaar een ledencongres houden, maar organiseert in de tussentijd voortaan jaarlijks een thematisch congres. 

Stemadvies hoofdbestuur
Het hoofdbestuur adviseert het congres TEGEN dit amendement te stemmen. In verenigingsland is het niet ongebruikelijk dat verenigingen jaarlijks een ledenvergadering houden. Ook collega-vakbonden kennen dat. In plaats van onbestuurbaar te worden kan er juist eerder bijgestuurd worden. De te behandelen onderwerpen en voorstellen kunnen door jaarlijkse congressen ook beter gespreid worden en daardoor indien nodig meer tijd en aandacht krijgen dan met een vierjaarlijks congres.

--------------------------------

7). Jaarlijks een ledencongres/algemene ledenvergadering (Politieacademie en Limburg)

De NPB kiest voor het jaarlijks organiseren van een ledencongres/algemene ledenvergadering in plaats van één keer in de vier jaar. Dit om op het afgelopen jaar terug te kijken en de koers op hoofdlijnen voor het komende jaar vast te stellen.

Toelichting
De keuze voor een jaarlijks ledencongres zorgt voor een duidelijke continuïteit en een grotere garantie dat relevante onderwerpen op tijd de door de leden gewenste aandacht (blijven) krijgen. Het zorgt ook automatisch voor een betere spreiding van onderwerpen door de jaren heen en dus voor meer ‘lucht’ in de agenda van de jaarlijkse bijeenkomst, waardoor er op zo’n dag ook meer ruimte is voor verdieping op een thema.

Deze vernieuwing geeft het democratische karakter van de bond een enorme impuls. Zij maakt het toezicht door de leden op het beleid tijdiger, beter te volgen en indien nodig dwingender – en daardoor onder de streep dus geloofwaardiger en aantrekkelijker. Bedenk daarbij ook dat het congres als toezichthoudend orgaan meer bevoegdheden heeft en dus steviger kan ingrijpen dan bijvoorbeeld een bondsraad.

Overigens verstevigt dit ook de ALV’s in de eenheden, die daarmee in de aanloop naar een jaarlijks ledencongres een steviger inbreng op de agenda kunnen hebben.

Stemadvies hoofdbestuur
Het hoofdbestuur heeft uit eigen beweging hetzelfde voorstel ingediend en adviseert het congres dan ook deze impuls voor de ledendemocratie te steunen.

Amendement (Oost-Brabant)
De NPB blijft eens in de vier jaar een ledencongres houden, maar organiseert in de tussentijd voortaan jaarlijks een thematisch congres. 

Stemadvies hoofdbestuur
Het hoofdbestuur adviseert het congres TEGEN dit amendement te stemmen. In verenigingsland is het niet ongebruikelijk dat verenigingen jaarlijks een ledenvergadering houden. Ook collega-vakbonden kennen dat. In plaats van onbestuurbaar te worden kan er juist eerder bijgestuurd worden. De te behandelen onderwerpen en voorstellen kunnen door jaarlijkse congressen ook beter gespreid worden en daardoor indien nodig meer tijd en aandacht krijgen dan met een vierjaarlijks congres.

--------------------------------

8). Elke twee jaar een ledencongres/algemene ledenvergadering (Landelijke Eenheid)

De NPB kiest voor het tweejaarlijks organiseren van een ledencongres/algemene ledenvergadering in plaats van één keer in de vier jaar. 

Toelichting
Eén keer in de vier jaar een ledencongres houden is niet genoeg om de (vertegenwoordigers van de) leden tijdig de beoogde bepalende invloed te geven op de koers van de bond. De afdeling Landelijke Eenheid stelt voor over te schakelen op een tweejaarlijkse algemene ledenvergadering.

Eens in de twee jaar lijkt ons praktisch de meest wenselijke optie. Elk jaar een ledencongres houden geeft zowel het hoofdbestuur als de afdelingsbesturen te weinig tijd om het beleid uit te voeren, inclusief tussentijdse aanpassingen om de beste resultaten te behalen. Als de ledendemocratie naar behoren functioneert en in de tussenliggende periode zorgt voor voldoende controle en meedenken vanuit de achterban, zou een termijn van twee jaar tussen twee algemene (landelijke) ledenvergaderingen praktisch geen probleem moeten zijn.

Stemadvies hoofdbestuur
Het hoofdbestuur erkent dat met één algemene ledenvergadering in de vier jaar te veel tijd verstrijkt om koerswijzigingen te kunnen bespreken. Daarom stelt het hoofdbestuur zelf voor jaarlijks een ledencongres te organiseren. Gezien de ontwikkelingen die er momenteel spelen rond de samenwerking met de andere politievakbonden geeft een jaarlijks congres de mogelijkheid om snel in te spelen op nieuwe ontwikkelingen en beleidswensen en om bij te sturen. Aangezien het hoofdbestuur de voorkeur geeft aan een jaarlijks bondscongres ontraadt het hoofdbestuur het congres dit voorstel aan te nemen.

Amendement (Oost-Brabant)
De NPB blijft eens in de vier jaar een ledencongres houden, maar organiseert in de tussentijd voortaan jaarlijks een thematisch congres. 

Stemadvies hoofdbestuur
Het hoofdbestuur adviseert het congres TEGEN dit amendement te stemmen. In verenigingsland is het niet ongebruikelijk dat verenigingen jaarlijks een ledenvergadering houden. Ook collega-vakbonden kennen dat. In plaats van onbestuurbaar te worden kan er juist eerder bijgestuurd worden. De te behandelen onderwerpen en voorstellen kunnen door jaarlijkse congressen ook beter gespreid worden en daardoor indien nodig meer tijd en aandacht krijgen dan met een vierjaarlijks congres.

--------------------------------

9). Andere formulering zittingstermijn bondsraadleden (hoofdbestuur)

De huidige formulering van artikel 14, lid 2 is: De zittingstermijn voor een lid van de bondsraad is gelijk aan een congresperiode. Dat moet worden: De zittingstermijn voor een lid van de bondsraad is vier jaar.

Toelichting
De invoering van een jaarlijks congres leidt ertoe dat in de statuten de formulering van de zittingstermijn van bondsraadleden moet worden gewijzigd

N.B. In de herziene statuten staat deze bepaling in artikel 19.

----------------------------------

10). Andere formulering zittingstermijn hoofdbestuurders (hoofdbestuur)

De huidige formulering van artikel 18, lid 4 is: De leden van het hoofdbestuur worden gekozen voor de duur van een congresperiode. Dat moet worden: De leden van het hoofdbestuur worden gekozen voor vier jaar.

Toelichting
De invoering van een jaarlijks congres leidt ertoe dat in de statuten de formulering van de zittingstermijn van hoofdbestuurders moet worden gewijzigd.

N.B. In de herziene statuten staat deze bepaling in artikel 24, lid 4.

11). Meer invloed afdelingsbesturen op het NPB-beleid

11). Overstappen op een afdelingsgerichte verenigingsstructuur (Politieacademie)

De NPB kiest voor een verenigingsstructuur waarin de afdelingen eigenstandiger gepositioneerd worden, hun leden centraal staan en maatwerk maximaal wordt ondersteund.

Toelichting
De huidige verenigingsstructuur biedt de afdelingen onvoldoende ondersteuning bij hun vakbondswerk. Een organisatie met minder lagen en kortere lijntjes kan daarin verbetering brengen. Het ledencongres, de bondsraad en het hoofdbestuur worden vervangen door één strategisch orgaan dat het algemeen beleid van de bond vaststelt. Dat orgaan komt te bestaan uit het dagelijks bestuur plus één afgevaardigde per afdeling en per adviesorgaan (met een buddy als reserve-lid) – allemaal met evenveel stemrecht.

De vereniging gaat draaien op basis van minder schakels. Er hoeft dan ook minder overlegd te worden, wat leidt tot een efficiëntere inzet van mensen en middelen. De afdelingen houden frequent contact met hun leden, via zowel de traditionele als de moderne media. De leden worden vaker (fysiek en digitaal) geraadpleegd en krijgen meer inbreng, met als gevolg een betere dienstverlening en grotere tevredenheid over het vakbondswerk.

Stemadvies hoofdbestuur
Het hoofdbestuur ontraadt het congres dit voorstel aan te nemen. Ten eerste zijn we het niet eens met de stelling dat de huidige verenigingsstructuur het vakbondswerk door de afdelingen (maatwerk in het belang van de leden) onvoldoende ondersteunt.

Ten tweede bevat het voorstel te veel elementen die niet goed (genoeg) doordacht lijken. In het beoogde nieuwe, oppermachtige ‘strategische orgaan’ krijgt bijvoorbeeld elke afdeling één afgevaardigde. Maar dat is in het huidige hoofdbestuur ook al zo. De afgevaardigden krijgen volgens het voorstel allemaal evenveel stemrecht. Dat is een flinke ingreep in de ledendemocratie vergeleken met de grondslagen van het huidige congres en de huidige bondsraad.

En tot slot: de verwachte positieve effecten op het gebied van de ledenparticipatie en de ledenbinding zijn erg rooskleurig geformuleerd, zonder dat aannemelijk wordt gemaakt dat de beoogde structuurwijziging noodzakelijk is om die effecten (meer inbreng van de leden, betere dienstverlening, grotere tevredenheid over het vakbondswerk) te bereiken.

Een ingrijpende structuurwijziging zoals de afdeling Politieacademie voorstelt dient binnen de vereniging zorgvuldig bediscussieerd te worden. Dat is in dit geval (nog) niet gebeurd.

-----------------------------------

Amendement (Politieacademie)
Het dagelijks bestuur, het hoofdbestuur en de bondsraad worden vervangen door één strategisch orgaan, bestaande uit het dagelijks bestuur plus één afgevaardigde per afdeling en per adviesorgaan (met een buddy als reserve-lid), allemaal met evenveel stemrecht. Dit nieuwe orgaan monitort het beleid van de bond dat op de algemene ledenvergadering is vastgesteld, geeft daaraan een nadere duiding en stuurt het eventueel bij.

De bondsraadleden en eenheidsbestuurders hebben in dit bestel geen rol meer, daar de afdelingen en adviesorganen nu rechtstreeks middels hun afgevaardigden invloed op de agenda van het nieuwe orgaan krijgen. De communicatielijnen tussen afdelingen en het nieuwe orgaan zullen ook visa versa hiermee sneller en efficiënter gaan verlopen.

Toelichting
De huidige verenigingsstructuur kent meerdere overlegvormen en rollen in de communicatie, waarbij onderwerpen regelmatig op meerdere tafels moeten worden besproken. Dit levert door dubbel werk, meer wachttijden en langere communicatielijnen een minder slagvaardige organisatie op. Een vereenvoudigde organisatie met efficiënter vergaderen en daarmee kortere lijntjes kan daarin verbetering brengen. De NPB als geheel zal daarmee slagvaardiger kunnen optreden op de vele diverse vraagstukken van zijn leden en zijn omgeving.

Stemadvies hoofdbestuur
Het hoofdbestuur adviseert het congres TEGEN dit amendement te stemmen. Het bevat te veel elementen die niet goed (genoeg) doordacht lijken. In het beoogde nieuwe, oppermachtige ‘strategische orgaan’ krijgt bijvoorbeeld elke afdeling één afgevaardigde. Maar dat is in het huidige hoofdbestuur ook al zo. De afgevaardigden krijgen volgens het voorstel allemaal evenveel stemrecht. Dat is een flinke ingreep in de ledendemocratie vergeleken met de grondslagen van het huidige congres en de huidige bondsraad.

Een ingrijpende structuurwijziging zoals de afdeling Politieacademie voorstelt dient binnen de vereniging zorgvuldig bediscussieerd te worden. Dat is in dit geval (nog) niet gebeurd.

12). Ruimer toezicht bondsraad op hoofdbestuur

Congresvoorstel afdeling Rotterdam
De bondsraad moet meer ‘zeggenschap’ krijgen over de beslissingen van het HB. In de huidige structuur is de zeggenschap van de bondsraad beperkt tot de limitatieve onderwerpen genoemd in artikel 16 van de statuten en kan de bondsraad formeel niet opkomen tegen de beslissingen van het HB op het gebied van beleid, aanschaf van goederen et cetera. Gezien het gestelde in de nieuwe Wet bestuur en toezicht rechtspersonen lijkt het de afdeling Rotterdam voor de hand liggen om de toezichthoudende taak formeel bij de bondsraad te leggen.

Stemadvies
Het hoofdbestuur ontraadt het congres dit voorstel aan te nemen. Een ingrijpende wijziging in de bevoegdheden van de verenigingsorganen dient binnen de vereniging zorgvuldig bediscussieerd te worden. Dat is in dit geval (nog) niet gebeurd.

Het huidige artikel 16 van de statuten geeft de bondsraad een royale bevoegdheid op toezichthoudend en bijsturend gebied. Het voorstel van Rotterdam maakt niet (voldoende) duidelijk welke ‘beslissingen’ van het HB momenteel aan het toezicht van de bondsraad ontsnappen en door welke extra bevoegdheden dat toezicht zou verbeteren. Met andere woorden: kan het zijn dat de toezichthoudende bevoegdheden op zich goed geregeld zijn, maar dat de praktische mogelijkheid om daarvan gebruik te maken te wensen over laat?

Ook roept het voorstel de vraag op wat de afdeling Rotterdam precies onder ‘toezicht’ verstaat. Het voorstel lijkt te streven naar een vrij actieve vorm daarvan, die in feite neerkomt op het kunnen tegenhouden van alle beslissingen van het hoofdbestuur. Dat lijkt wat te hoog gegrepen, zelfs als de bondsraad zou worden verbouwd tot een Raad van toezicht zoals bedoeld in de Wet bestuur en toezicht rechtspersonen. Ook dan blijft zijn toezichthoudende bevoegdheid beperkt tot signaleren en adviseren.

Het bestuur krijgt een uitvoerend mandaat van een congres en is voor zijn doen en laten op basis van dat mandaat (‘beleid’) verantwoording verschuldigd aan het (volgende) congres. De bondsraad heeft in de jaren tussen twee congressen een belangrijke rol te spelen in het op koers houden van het bestuur. Daarbij moet de bondsraad opereren in het spanningsveld tussen het besturen zelf (verantwoordelijkheid HB) en het nemen van voor de bond cruciale beleidsbeslissingen – waaronder het goed- of afkeuren van het beleid van het bestuur (verantwoordelijkheid congres).

De onvrede over het huidige functioneren van de bondsraad in dat spanningsveld komt voor een belangrijk deel voort uit een democratisch gebrek op hoger niveau: sinds 2014 houdt de NPB nog slechts eens in de vier jaar een ledencongres over het beleid van de bond. Het hoofdbestuur zal op het congres in 2022 voorstellen over te stappen op een jaarlijks ledencongres.

Met de bondsraad is afgesproken de tijd te nemen om te kijken welke praktische gevolgen dat besluit heeft voor het functioneren van de BR. Mocht alsnog blijken dat wijzigingen in bevoegdheden van bondsorganen wenselijk/noodzakelijk zijn, dan kunnen daarover voortaan jaarlijks congresvoorstellen worden ingediend.

13). Alle afspraken over kaderfuncties statutair vastleggen

Congresvoorstel afdeling Noord-Holland
Alle afspraken over de onverenigbaarheid van functies binnen de bond en over de zittingstermijnen voor kaderleden worden vastgelegd in de statuten.

Toelichting
Wij vinden deze afspraken zo essentieel voor het karakter van de NPB als vereniging dat we ze zo zwaar mogelijk willen verankeren. Dat doe je door ze vast te leggen in de statuten, die slechts gewijzigd kunnen worden door een besluit van een ledencongres met minstens tweederde van de stemmen. Een afspraak in het huishoudelijk reglement kan gewijzigd worden door een besluit van een ledencongres met minstens vijftig procent van de stemmen.

De afspraken over de onverenigbaarheid van functies staan nu in artikel 10 en artikel 10a van het HHR; de afspraken over de zittingstermijnen deels in de statuten (artikel 14 en 18) en deels in het HHR (artikel 14).

Stemadvies
Het hoofdbestuur adviseert het congres dit voorstel aan te nemen. Het principiële doel is duidelijk en begrijpelijk. Welke bepalingen er dan uiteindelijk in de statuten komen te staan, hangt af van het oordeel van het congres over een aantal inhoudelijke voorstellen op de genoemde terreinen (zie verderop).

14 t/m 17). Extra waarborgen zorgvuldige besluitvorming hoofdbestuur

14). Aanstellen van een plaatsvervanger voor de hoofdbestuurders vanuit de afdelingen (Rotterdam)

Elke afdeling moet voortaan twee afgevaardigden naar het hoofdbestuur laten kiezen: de reguliere afgevaardigde en een plaatsvervanger.

Toelichting
Momenteel hebben we de situatie waarbij er slechts één HB-lid vanuit de afdeling is afgevaardigd en bij absentie van dat HB-lid is er geen vervanger. Dat kan leiden tot minder prettige situaties waarbij de afdeling niet goed vertegenwoordigd wordt en er geen terugkoppeling naar de afdeling plaatsvindt. Dit is naar het oordeel van de afdeling Rotterdam een ongewenste situatie.

Stemadvies hoofdbestuur
Het hoofdbestuur adviseert het congres VOOR dit voorstel te stemmen.

----------------

Amendement (Noord-Nederland)
De beoogde plaatsvervanger wordt uitgezonderd van de regel dat een onbezoldigd hoofdbestuurder namens een afdeling niet tegelijkertijd lid mag zijn van het afdelingsbestuur.

Stemadvies hoofdbestuur
Het hoofdbestuur adviseert het congres VOOR dit amendement te stemmen.

-----------------------------

15). Vervanging bezoldigde HB-leden bij langdurige afwezigheid (Rotterdam)

Er moet een regeling komen om betaalde hoofdbestuurders (dagelijkse bestuurders) te kunnen vervangen bij langdurige uitval (bijvoorbeeld als gevolg van ziekte).

Toelichting
Momenteel is het niet mogelijk om betaald lid van het hoofdbestuur te vervangen bij langdurige uitval (bijvoorbeeld als gevolg van ziekte). De afdeling Rotterdam vindt dat in de statuten/het HHR geregeld moet worden dat ‘de leden’ in zo’n geval vanaf een bepaald moment een verzoek tot het starten van een vervangingsprocedure kunnen indienen.

Stemadvies hoofdbestuur
Het hoofdbestuur is positief over dit voorstel, maar stelt als amendement voor in de gewenste regeling duidelijk te maken dat het om tijdelijke vervanging gaat.

---------------

Amendement 1 (hoofdbestuur)
Het hoofdbestuur stelt voor duidelijk vast te leggen dat het om [CURSIEF, VET] tijdelijke [EINDE] vervanging gaat.

---------------

Amendement 2 (Amsterdam)
De voorgestelde regeling moet een maximale vervangingstermijn bevatten.

Amendement 3 (Noord-Nederland)
In de beoogde regeling wordt uitdrukkelijk opgenomen dat het gaat om een tijdelijke vervanging van maximaal twee jaar.

Amendement 4 (Amsterdam)
De voorgestelde regeling moet een bepaling bevatten over de financiële dekking. 

Stemadvies hoofdbestuur
Het hoofdbestuur adviseert het congres TEGEN de amendementen 2, 3 en 4 te stemmen. De beoogde regeling zal bestuurlijk uitgewerkt worden en daarna als statutenwijziging worden voorgelegd aan het congres. In dat traject is volop ruimte voor discussie over de inhoud, bijvoorbeeld via het indienen van amendementen.

---------------------------

16). Garantiebepaling continuïteit van bestuur (hoofdbestuur)

In de statuten wordt geregeld op welke manier de NPB voorziet in het waarnemen van de taken en bevoegdheden van het hoofdbestuur als het volledige bestuur is weggevallen/niet langer tot besturen in staat is.

In die situatie roepen de afdelingshoofden binnen de werkorganisatie van de bond zo spoedig mogelijk de bondsraad en de afdelingsvoorzitters bijeen. Tijdens dat spoedberaad wordt besloten welke ledenvertegenwoordigers samen het dagelijks bestuur gaan waarnemen en wat daarbij hun praktische prioriteiten zijn.

Toelichting
Sinds 1 juli 2021 is de Wet bestuur en toezicht rechtspersonen (Wbtr) van kracht. Zij schrijft voor dat de statuten van een vereniging duidelijk moeten maken op welke manier in de continuïteit van het bestuur wordt voorzien als het hele bestuur niet langer kan of mag besturen. Dat is dan de grondslag waarop deze persoon of personen voor wat betreft hun bestuursdaden wettelijk  worden gelijkgesteld aan een bestuur.

-------------------------------

17). Wachtgeldregeling bezoldigde hoofdbestuurders (Rotterdam)

Vanuit goed werkgeverschap moet er een goed financieel vangnet komen voor bezoldigde hoofdbestuurders die worden vervangen. Deze regeling moet ook voorzien in uitzonderingsgevallen op basis van laakbaar gedrag. Het verzoek van de afdeling Rotterdam is dit te regelen.

Stemadvies
Het hoofdbestuur heeft uit eigen beweging een concreet voorstel voor een wachtgeldregeling ingediend bij de bondsraad en dat is aangenomen. Om die reden adviseert het hoofdbestuur de afdeling Rotterdam dit voorstel in te trekken.

18 t/m 24). Invoering stageplek bij het hoofdbestuur

Toelichting adviesorgaan NPB Jong
Het verleden heeft bewezen dat het lastig is om nieuwe (jonge) kaderleden te enthousiasmeren om zich verkiesbaar te stellen voor het hoofdbestuur. Hieraan liggen meerdere redenen ten grondslag, zoals het voorrang geven aan persoonlijke ontwikkeling, privé-omstandigheden en onbekendheid met wat het hoofdbestuur precies kan en doet. Om in deze laatste factor verbetering te brengen wil NPB Jong de volgende voorstellen aan het congres voorleggen.

18). Invoering HB-stageplek voor NPB-lid t/m 35 jaar (NPB Jong)

Adviesorgaan NPB Jong stelt voor om standaard één NPB-lid met een leeftijd van hooguit 35 jaar aan het hoofdbestuur toe te voegen als stagiair en mogelijk beoogd toekomstig HB-lid.

Stemadvies hoofdbestuur
Het hoofdbestuur is positief over dit voorstel en stelt als amendement voor het mogelijk te maken dat twee NPB-leden t/m 35 jaar tegelijkertijd stage lopen bij het hoofdbestuur.

------------------

Amendement 1A (Amsterdam)
De afdeling Amsterdam stelt voor geen leeftijdsgrens te verbinden aan de mogelijkheid een HB-stageplek te krijgen.

Amendement 1B (Limburg)
De afdeling Limburg vindt het noemen van een leeftijdsgrens polariserend en niet passend binnen het gedachtegoed van de NPB. 

Amendement 2 (Noord-Nederland)
Geen leeftijdsbeperking instellen, maar iedereen in actieve dienst de kans geven.

Stemadvies hoofdbestuur
Het hoofdbestuur adviseert het congres TEGEN de amendementen 1A, 1B en 2 te stemmen als het eerder heeft ingestemd met het voorstel om voor elke hoofdbestuurder een plaatsvervanger te benoemen. In dat geval is voor nieuwe aanwas van hoofdbestuursleden al een extra impuls afgesproken.

Het voorstel van NPB Jong om een stageplek voor jongere leden te organiseren dient juist een verdedigbaar doel om jongere leden te interesseren voor een hoofdbestuursfunctie, aangezien dat erg lastig blijkt en jongeren hun eigen gremia zoeken/hebben om hun mening te uiten.

---------------------------

Amendement 3 (hoofdbestuur)
Het hoofdbestuur stelt voor om twee NPB-leden van maximaal 35 jaar de mogelijkheid te bieden om tegelijkertijd stage te lopen bij het hoofdbestuur.

-----------------------------

Amendement 4 (Noord-Nederland)
Noord-Nederland stelt voor de in te voeren mogelijkheid uit te breiden tot twee kandidaten uit verschillende afdelingen.

Stemadvies hoofdbestuur
Het hoofdbestuur adviseert het congres VOOR dit amendement te stemmen.

----------------------------

19). Duur HB-stageplek maximaal een jaar (NPB Jong)

Adviesorgaan NPB Jong stelt voor om een HB-stage maximaal één jaar te laten duren.

Stemadvies hoofdbestuur
Het hoofdbestuur is positief over dit voorstel, maar stelt als amendement voor de stagetermijn vast te stellen op maximaal twee jaar. Afgaande op de eigen ervaring is een jaar te kort om alle aspecten van het lidmaatschap van het hoofdbestuur goed mee te krijgen.

------------------

Amendement (hoofdbestuur)
Het hoofdbestuur stelt voor de stagetermijn voor het HB vast te stellen op maximaal twee jaar.

----------------------------

20). Afdelingen kunnen kandidaten HB-stage voordragen (NPB Jong)

Een kandidaat voor een HB-stage moet voorgedragen worden door de afdeling waaronder hij of zij valt.

Stemadvies hoofdbestuur
Het hoofdbestuur is positief over dit voorstel maar stelt als amendement voor naast de afdelingen ook het adviesorgaan NPB Jong de mogelijkheid te geven kandidaten voor te dragen. Dat ligt in de rede gezien de doelgroep.

----------------------------

Amendement (hoofdbestuur)
Het hoofdbestuur stelt voor dat een kandidaat voor een HB-stage voorgedragen kan worden door zijn afdeling en door het adviesorgaan NPB Jong.

 -------------------------------

21). Toekenning HB-stageplek door de bondsraad (NPB Jong)

De bondsraad bepaalt jaarlijks aan welke kandidaat de HB-stageplek wordt toegekend.

Stemadvies hoofdbestuur
Het hoofdbestuur is positief over het voorstel om de beslissing aan de bondsraad over te laten, maar dient wel een amendement in voor het geval het congres akkoord gaat met een stageduur van maximaal twee jaar.

----------------------------

Amendement 1 (hoofdbestuur)
Het hoofdbestuur stelt voor het woord jaarlijks te vervangen door tweejaarlijks als de voorgestelde stageduur maximaal twee jaar wordt.

-----------------------------

Amendement 2 (Noord-Nederland)
De afdeling Noord-Nederland stelt voor de bondsraad jaarlijks te laten beslissen over de verlenging van toegekende HB-stageplekken met een tweede jaar en over eventuele nieuwe toekenningen bij uitvallers gaandeweg de stage.

Stemadvies hoofdbestuur
Het hoofdbestuur adviseert het congres VOOR dit amendement te stemmen.

----------------------------

22). Inzetten op meerdere kandidaten voor HB-stageplek (NPB Jong)

De NPB zet zich ervoor in dat de bondsraad tijdens de jaarlijkse toekenning van de HB-stageplek de keuze heeft uit meerdere kandidaten t/m 35 jaar.

Stemadvies hoofdbestuur
Het hoofdbestuur is positief over dit voorstel, maar dient wel een amendement in voor het geval het congres akkoord gaat met twee stageplekken voor maximaal twee jaar.

----------------------------

Amendement 1 (hoofdbestuur)
Het hoofdbestuur stelt voor de bepaling jaarlijks te vervangen door tweejaarlijks als de amendementen van het HB zijn aangenomen om twee stagiairs tegelijkertijd toe te laten, elk voor maximaal twee jaar (in plaats van één jaar).

----------------------

Amendement 2 (Noord-Nederland)
Als het amendement van het hoofdbestuur over het aanbieden van twee stageplekken wordt aangenomen, moet ook in dit voorstel gesproken worden over de HB-stageplekken in plaats van de HB-stageplek.

Stemadvies hoofdbestuur
Het hoofdbestuur adviseert het congres VOOR dit amendement te stemmen.

----------------------------

23). Aandacht voor interessegebieden HB-stagiair (NPB Jong)

Het beoogde HB-lid t/m 35 jaar dat de HB-stageplek krijgt toegekend kan een voorkeur uitspreken voor het aanhaken bij een bepaalde bestuursportefeuille. Het bestuur is niet verplicht aan dat verzoek te voldoen.

Stemadvies hoofdbestuur
Het hoofdbestuur adviseert het congres dit voorstel aan te nemen.

----------------------------

24). Inspraak en stemrecht HB-stagiair (NPB Jong)

De kandidaat heeft tijdens zijn HB-stage wel inspraak, maar geen stemrecht.

Stemadvies hoofdbestuur
Het hoofdbestuur adviseert het congres dit voorstel aan te nemen.

25 t/m 31). Samenwerking met andere politiebonden

25). Afwijzen van een fusie tussen de NPB en de ACP (Rotterdam)

De afdeling Rotterdam stelt het congres voor een fusie tussen de NPB en de ACP van zowel de werkorganisatie als de vereniging bij voorbaat en voor altijd uit te sluiten. De reden hiervoor is gelegen in het feit dat indien er op enig moment wel behoefte is om te fuseren er een congresvoorstel nodig is om zulks ook daadwerkelijk vorm te geven.

Toelichting
Sinds het vertrek uit het FNV-gebouw en het inhuizen van de NPB in het Huis van veiligheid samen met de ACP is er steeds meer – vanuit met name de ACP – het geluid te horen dat een fusie aanstaande is. De afdeling Rotterdam ziet zeker de voordelen van een goede en hechte samenwerking en, indien noodzakelijk, zelfs het uitlenen van miljoenen euro’s aan de ACP, maar een fusie wijzen we van de hand. Daarvoor zijn er naar ons oordeel teveel verschillen. Het geeft dan ook absoluut geen pas om in gezamenlijkheid een werving op te zetten of uit te voeren. Er zijn te veel verschillen in leiderschap, opbouw van de bond, de visie op de medezeggenschap, de wijze van omgang met elkaar – om er zomaar een paar te benoemen.

Stemadvies hoofdbestuur
Het hoofdbestuur ontraadt het congres dit voorstel aan te nemen. Een dergelijk dwingend verbod is ondemocratisch en niet realistisch. Wellicht heeft het bestuur op enig moment hele goede argumenten om in het belang van de leden een gezamenlijke werkorganisatie of zelfs een fusie met (juist) de ACP te willen realiseren.

Zoals in het voorstel ook wordt vermeld, is in de statuten zorgvuldig geregeld dat een ingrijpend besluit als een fusie met een andere vereniging nooit kan worden genomen zonder een overduidelijke instemming van de leden. Zij hebben daarover sowieso het laatste woord (zie artikel 25 van de huidige statuten – artikel 17 van de herziene statuten 2022).

---------------------------

26). Afwijzen van een fusie tussen de NPB en de ACP (Landelijke Eenheid)

De afdeling Landelijke Eenheid stelt het congres voor een volledige fusie of een samenwerking in de vorm van een gezamenlijke werkorganisatie van de NPB met de ACP af te wijzen als mogelijke uitkomst van het huidige bestuursproject op samenwerkingsgebied. Het oordeel over zo’n besluit moet worden geveld op basis van een ledenraadpleging.

Toelichting
De manier waarop de afgelopen jaren planvorming voor een verdergaande samenwerking tussen de NPB en de ACP heeft plaatsgevonden noopt tot meer betrokkenheid van de afdelingsbesturen en de leden. De communicatie en het overleg hierover tussen het bestuur en de (vertegenwoordigers van de) leden zal intensiever moeten worden uitgevoerd. Ook is het nodig om door een derde, objectieve partij een omgevingsonderzoek te laten plaatsvinden bij de leden en relevante partners naar de behoeftestelling en verwachtingen bij een toekomstbestendige NPB.

Dit voorstel betekent niet dat alle traditionele vormen van samenwerking tussen beide bonden – bijvoorbeeld op IBB- en cao-gebied – moeten worden stilgelegd. Ons voorstel betreft uitdrukkelijk alleen nieuwe initiatieven tot verdergaande samenwerking met de ACP.

Stemadvies hoofdbestuur
Het hoofdbestuur adviseert het congres TEGEN dit voorstel te stemmen. Een dergelijk dwingend verbod is ondemocratisch en niet realistisch. Wellicht heeft het bestuur op enig moment hele goede argumenten om in het belang van de leden een fusie met (juist) de ACP na te streven. In de statuten is al zorgvuldig geregeld dat een ingrijpend besluit als een fusie met een andere vereniging nooit kan worden genomen zonder overduidelijke instemming van de leden. Zij hebben daarover sowieso het laatste woord (zie artikel 25 van de huidige statuten – artikel 17 van de herziene statuten 2022).

--------------------

27). Congres beslist over fusie werkorganisatie NPB met andere werkorganisaties (Rotterdam)

De leden krijgen het laatste woord over het besluit om de werkorganisatie van de bond te laten fuseren met de werkorganisatie van een of meer andere bonden. Daartoe wordt aan artikel 25 van de statuten (artikel 17 van de herziene statuten 2022) een extra bepaling toegevoegd, die het congres de bevoegdheid geeft dat besluit te nemen of te verwerpen.

Voor een rechtsgeldige uitkomst van de stemming daarover worden dan dezelfde eisen van kracht als voor een besluit over het fuseren van de vereniging met een andere vereniging: een meerderheid van minstens twee derde van de stemmen bij een quorum (minstens aanwezige aantal stemgerechtigden) van de helft van de statutair mogelijke ledenvertegenwoordigers.

Toelichting
In de statuten is zorgvuldig geregeld dat een ingrijpend besluit als een fusie met een andere vereniging nooit kan worden genomen zonder een overduidelijke instemming van de leden. Zij hebben daarover sowieso het laatste woord (zie artikel 25 van de statuten). Zo’n bepaling bestaat niet voor het fuseren van de werkorganisatie van de bond met de werkorganisatie van een of meer andere bonden tot een zelfstandige eenheid. Zo’n extra bevoegdheid regelen voor het congres kan volgens Rotterdam geen kwaad, indachtig de ervaringen met FNV Veiligheid.

Stemadvies
Het hoofdbestuur ontraadt het congres dit voorstel aan te nemen. Het organiseren van de werkorganisatie is een verantwoordelijkheid van het hoofdbestuur. Fusieplannen zullen aan de OR van de werkorganisatie van de NPB voorgelegd moeten worden. Het hoofdbestuur wil vermenging op verschillende tafels voorkomen.

---------------------------------

28). Extra voorwaarde instemmingsbesluit fusie NPB/ACP (Landelijke Eenheid)

De afdeling Landelijke Eenheid stelt voor een speciale voorwaarde te verbinden aan de instemming met voorgenomen (bestuurs)besluit tot een volledige fusie tussen de NPB en de ACP of een samenwerking in de vorm van een gezamenlijke werkorganisatie. Het oordeel over zo’n besluit moet worden geveld op basis van een ledenraadpleging waaraan meer dan de helft (minstens 51 procent) van de NPB-leden persoonlijk of digitaal heeft deelgenomen.

Toelichting
De afdeling Landelijke Eenheid vindt dat er geen enkele twijfel over mag bestaan dat deze historische beslissingen door een meerderheid van de NPB-leden wordt gesteund. Wij stellen voor dat te bereiken door in dit uitzonderlijke geval het principe van de representatieve democratie los te laten en als het ware hoofdelijk te stemmen, met als voorgestelde ondergrens 51 procent van het aantal NPB-leden.

Medio 2022 komt dat neer op zo’n 13.750 respondenten, van wie volgens de statuten dan 66 procent moet instemmen met het voorgenomen besluit tot fusie of een gezamenlijke werkorganisatie. Dat zijn 9.075 leden. Wordt bij de eerste raadpleging geen meerderheid behaald, dan wordt een tweede ingelast. Deze tweede raadpleging zal bepalend zijn.

Stemadvies hoofdbestuur
Het hoofdbestuur adviseert het congres TEGEN dit voorstel te stemmen. Het gemiddelde lid van de NPB verwacht dat de bond zich optimaal inspant voor algemene verbeteringen in de arbeidsvoorwaarden (cao) en voor eersteklas individuele belangenbehartiging voor wie dat nodig heeft. Een gemiddeld NPB-lid heeft geen mening over het laten fuseren van de vereniging of de werkorganisatie. Dat is eerder wel gebleken bij het aangaan en later ontbinden van werkorganisaties zoals met ABVAKABO en FNV Veiligheid.

Zelfs bij ledenraadplegingen over de cao is een opkomst van 20 procent al lastig te realiseren, ondanks herhaalde persoonlijke oproepen. De eis van deelname aan een ledenraadpleging van tenminste 51 procent is dan ook niet realistisch en niet passend gezien het belang van de leden bij professionele belangenbehartiging. Daarover kunnen de afgevaardigden naar een congres beter een zorgvuldig oordeel vellen.

----------------------------

29). Bondsraad krijgt instemmingsrecht voor samenwerkingsbesluiten (Rotterdam)

De afdeling Rotterdam is van mening dat iedere stap in een verdergaande samenwerking tussen de NPB en de ACP vooraf moet worden voorgelegd aan de bondsraad – en dus niet pas wanneer die stap al wordt uitgevoerd of daar plannen voor worden gemaakt. Pas nadat de bondsraad heeft ingestemd met een nieuwe stap, kan daar uitvoering aan worden gegeven.

Om dit te regelen wordt aan artikel 16 van de statuten (bevoegdheden bondsraad) een extra lid toegevoegd, dat luidt: (Tot de bevoegdheden van de bondsraad behoort het) vaststellen van nieuwe stappen in de samenwerking met andere vakbonden of verenigingen.

Deze nieuwe bepaling ligt in de lijn van andere in artikel 16 genoemde bevoegdheden van de bondsraad, zoals het vaststellen van de begroting (lid 1), de hoogte van de contributie (lid 2), het algemene jaarverslag (lid 3) en de inzet van de NPB bij cao-onderhandelingen (lid 5). Dit zijn allemaal bevoegdheden die de bondsraad toegekend heeft gekregen op basis van zijn functie als ‘waarnemende ledenvertegenwoordiging’ tussen twee ledencongressen in.

Stemadvies
Het hoofdbestuur ontraadt het congres dit voorstel aan te nemen. Elke samenwerking met andere bonden voorleggen aan de bondsraad is onwerkbaar. Denk aan gezamenlijk met andere bonden optrekken in cao-overleg of werkgroepen.

-----------------

Amendement 1 (Amsterdam)
De afdeling Amsterdam stelt voor in dit voorstel het woord samenwerking te vervangen door het woord fusie(proces).

Stemadvies hoofdbestuur
Het hoofdbestuur adviseert het congres TEGEN dit amendement te stemmen. Het beoordelen van een fusie(proces) is een bevoegdheid die statutair is toebedeeld aan de hoogste macht binnen de bond: het congres.

------------------------------------

Amendement 2 (Oost-Brabant)
In het voorstel moet worden verduidelijkt dat het gaat om elke vorm van verdergaande samenwerking in het kader van bedrijfsvoering.

Stemadvies hoofdbestuur
Het hoofdbestuur adviseert het congres TEGEN dit amendement te stemmen. Deze bevoegdheid is toegekend aan het hoofdbestuur. Bij een voornemen tot verdere samenwerking met de ACP op het gebied van de bedrijfsvoering zal de bondsraad zoals altijd nauw betrokken worden.

-----------------------

Amendement 3 (Oost-Brabant)
In het voorstel kan niet uitsluitend één bond (de ACP) worden genoemd; de formulering moet worden gewijzigd in samenwerking (in het kader van bedrijfsvoering) met een andere bond.

Stemadvies hoofdbestuur
Het hoofdbestuur zal het instemmen met dit amendement niet ontraden, want het is een logisch verbetervoorstel om congresvoorstel 29 consistent te krijgen. In het tekstvoorstel voor de beoogde extra bevoegdheid in de statuten (tweede alinea) wordt immers wel in algemene zin gesproken over ‘samenwerking met andere vakbonden of verenigingen’. Het zal echter duidelijk zijn dat deze aanpassing niet leidt tot een positief stemadvies van het bestuur over congresvoorstel 29.

----------------------------

30). Vasthouden aan afspraken onverenigbare functies (Noord-Holland)

De NPB houdt bij het realiseren van meer samenwerking met de ACP principieel vast aan de huidige afspraken over de onverenigbaarheid van functies binnen de bond, zoals nu nog vastgelegd in artikel 10 (leden hoofdbestuur) en artikel 10a (leden afdelingsbestuur) van het huishoudelijk reglement.

Toelichting
Het heeft ons de afgelopen tien jaar veel energie gekost om deze regelingen af te spreken. Wij willen het bestuur via een congresbesluit op het hart drukken deze spelregels niet op te offeren om meer samenwerking met een andere bond mogelijk te maken.

Stemadvies
Het hoofdbestuur ontraadt het congres dit voorstel aan te nemen. Ten eerste gaat dit voorstel eraan voorbij dat de discussie over de onverenigbare functies binnen de bond nog volop leeft, gezien een aantal andere congresvoorstellen. Met andere woorden: de huidige afspraken zijn wellicht niet blijvend. Ten tweede is het ook onnodig om de opties van het bestuur vooraf op deze manier te beperken. Plannen voor verdere samenwerking met de ACP (en/of andere bonden) en de gevolgen daarvan voor de NPB als vereniging zullen altijd ter goedkeuring aan de leden(vertegenwoordigers) worden voorgelegd.

N.B. De bedoelde bepalingen over de onverenigbare functies staan in artikel 9 van het herziene huishoudelijk reglement 2022.

----------------------------

31). Vasthouden aan afspraken zittingstermijnen (Noord-Holland)

De NPB houdt bij het realiseren van meer samenwerking met de ACP principieel vast aan de huidige afspraken over de zittingstermijnen voor kaderleden, zoals nu nog vastgelegd in artikel 14 (leden bondsraad) en artikel 18 (onbezoldigde hoofdbestuurders) van de statuten en in artikel 14 van het huishoudelijk reglement (leden afdelingsbestuur en OR-kandidaten).

Toelichting
Het heeft ons de afgelopen tien jaar veel energie gekost om deze regelingen af te spreken. Wij willen het bestuur via een congresbesluit op het hart drukken deze spelregels niet op te offeren om meer samenwerking met een andere bond mogelijk te maken.

Stemadvies
Het hoofdbestuur ontraadt het congres dit voorstel aan te nemen. Ten eerste gaat dit voorstel eraan voorbij dat de discussie over de zittingstermijnen binnen de bond nog volop leeft, gezien een aantal andere congresvoorstellen. Met andere woorden: de huidige afspraken zijn wellicht niet blijvend. Ten tweede is het ook onnodig om de opties van het bestuur vooraf op deze manier te beperken. Plannen voor verdere samenwerking met de ACP (en/of andere bonden) en de gevolgen daarvan voor de NPB als vereniging zullen altijd ter goedkeuring aan de leden(vertegenwoordigers) worden voorgelegd.

N.B. De bedoelde bepalingen over de zittingstermijnen staan in artikel 8 van het herziene huishoudelijk reglement 2022 (afdelingsbestuurders) en in artikel 19 (bondsraadleden) en artikel 24 (onbezoldigde hoofdbestuurders) van de herziene statuten 2022.

32 en 33). Meer ruimte voor kaderleden met dubbelfuncties

32). Vrijgeven vier verboden dubbelfuncties hoofdbestuurders (Rotterdam)

De functie van hoofdbestuurder moet (weer) verenigbaar worden met vier van de zes functies binnen de bond waarmee hij nu volgens het HRR onverenigbaar is. De NPB-afdeling Rotterdam stelt voor uit artikel 10 van het HHR de volgende vier ontoelaatbare dubbelfuncties voor hoofdbestuurders (weer) te schrappen:

  • lid zijn van een afdelingsbestuur;
  • lid zijn van een adviesorgaan;
  • IB-coördinator zijn en
  • lid zijn van een (C)OR.

Hieronder de bepaling die dan overblijft.

Leden van het hoofdbestuur kunnen niet gelijktijdig:
a) Lid zijn van de bondsraad zoals genoemd in artikel 14 van de statuten;
b) Afgevaardigde zijn op het congres zoals genoemd in artikel 10 van de statuten;

Toelichting
Allereerst willen wij opmerken dat het congresbesluit uit 2014 om een aantal dubbelrollen binnen de NPB uit te sluiten met de beste bedoelingen tot stand is gekomen en is aangenomen. In het kader van bestuurlijke vernieuwing wilde men ‘vers bloed en verjonging’ in het bestuur en er werd aangenomen dat het toestaan van bepaalde dubbelrollen tot ongewenste effecten zou kunnen leiden. Beide aannames zijn onjuist gebleken.

Het genomen besluit heeft naar het idee van de afdeling Rotterdam veel negatieve effecten gehad op de afdelingen. Wij hebben met enige verwondering gekeken naar de gretigheid waarmee bepaalde kaderleden met dubbelrollen moesten stoppen. Dit gebeurde in veel gevallen met stoom en kokend water en dat had nogal wat negatieve gevolgen.

1. Ervaren leden moesten van een post worden afgehaald en nieuwe leden worden gevonden.
2. Er is veel energie gestoken van binnen naar binnen (conflicten) terwijl die energie ook van binnen naar buiten had kunnen gaan (richting de leden). Dit is erg zonde.
3. Een en ander ging ten koste van het onderling vertrouwen tussen de afdelingen en het HB.

De afdeling Rotterdam begrijpt goed dat een breder fundament in de afdelingen gewenst is maar de weg daar naartoe is meer dan onwenselijk geweest. Bij toekomstige veranderingen staan wij dan ook een andere procesgang voor (evolutie in plaats van revolutie). Als er sprake zou zijn van ongewenste belangenverstrengeling, dan moet dit een bespreekpunt zijn tussen de voorzitter van de afdeling en het HB. Vanuit dat gesprek kan er dan richting worden gegeven of hulp worden geboden.

Stemadvies
Het hoofdbestuur ontraadt het congres dit voorstel aan te nemen. Het is uit democratische overweging onwenselijk dat een HB-lid zitting neemt in een adviesorgaan. Immers een adviesorgaan adviseert het HB. Hetzelfde geldt voor het lidmaatschap van het afdelingsbestuur. Het afdelingsbestuur draagt namelijk kandidaten voor het HB voor.

---------------------

Amendement (Oost-Brabant)
De functie van onbezoldigd hoofdbestuurder wordt weer verenigbaar met de functies van IB-coördinator en (C)OR-lid. Alleen deze twee functies worden uit de huidige lijst met zes ontoelaatbare dubbelfuncties geschrapt – en niet de twee functies die Rotterdam daarnaast ook nog wil schrappen (lid zijn van een afdelingsbestuur of van een adviesorgaan).

Stemadvies hoofdbestuur
Het hoofdbestuur adviseert het congres TEGEN dit amendement te stemmen. Wij vinden het niet passen bij de taak en rol van een hoofdbestuurder dat hij of zij tegelijkertijd andere functies binnen de bond of de medezeggenschap vervult. Niet alleen vergt het HB-lidmaatschap een forse investering van je tijd en aandacht, het is ook verstandig om op deze manier (de schijn van) belangenverstrengeling of taakverknoping te voorkomen.

----------------------------

33). Opheffen verbod dubbelfunctie afdelingsbestuurder/OR-lid (Limburg)

Het verbod op de dubbelfunctie afdelingsbestuurder/OR-lid moet worden opgeheven. NPB-kaderleden krijgen de bevoegdheid terug om tegelijkertijd lid van een afdelingsbestuur te zijn en personeelsvertegenwoordiger in een ondernemingsraad.

Toelichting
In 2018 heeft het ledencongres in Enschede ingestemd met het voorstel van de afdeling Noord-Nederland om in het huishoudelijk reglement vast te leggen dat leden van het bestuur van een afdeling niet gelijktijdig lid kunnen zijn van een (centrale) ondernemingsraad. Het beoogde doel van dit verbod was het wegnemen van elke twijfel over de onafhankelijkheid van de personeelsvertegenwoordigers in de verschillende gremia en hun vermogen om zonder last of ruggenspraak mee te discussiëren en te stemmen.

De afdeling Limburg vindt dat dit doel ondergeschikt moet worden gemaakt aan een belangrijker doel: het handhaven van de continuïteit in het aanleveren van voldoende kundige, gemotiveerde en ervaren kandidaten voor alle bestuursfuncties binnen de vakbond en alle zetels binnen de medezeggenschap. Deze continuïteit zou de NPB hoger moeten aanslaan dan een politiek correct verbod op een bepaalde combinatie van functies om het risico van belangenverstrengeling terug te dringen. De bepaling daarover moet dus weer uit het huishoudelijk reglement worden geschrapt.

Stemadvies
Het hoofdbestuur ontraadt het congres dit voorstel aan te nemen. Het afdelingsbestuur heeft tot taak om leden voor de medezeggenschap te kandideren en met raad en daad bij te staan. Het voorstel brengt dus dubbele petten met zich mee en onwenselijke vermenging van rollen.

--------------------------

Amendement (Limburg)
De dubbelfunctie afdelingsbestuurder/OR-lid is toegestaan als een onafhankelijke commissie adviseert dat de inzet van het betreffende kaderlid noodzakelijk is om een optimale OR-kandidatenlijst te kunnen presenteren.

De leden van deze commissie worden gekozen door het afdelingsbestuur, dat een profielschets van de gewenste OR-kandidaten vaststelt en ook de kaders waarbinnen de commissie haar werkzaamheden dient uit te voeren. Het advies van de commissie is bindend en dient door het afdelingsbestuur te worden gevolgd.

Toelichting
Op basis van een persoonlijke gedachtewisseling met het hoofdbestuur heeft de afdeling Limburg dit amendement op zijn oorspronkelijke voorstel uitgewerkt. Uitgangspunt is en blijft het streven naar kwaliteit en draagvlak van de medezeggenschap. Wat ons betreft is er niets op tegen om dat aan de voorkant te borgen door een competentieprofiel, waarbij gekeken wordt naar diversiteit, deskundigheid, professionaliteit en een zo breed mogelijke vertegenwoordiging van de verschillende afdelingen binnen de eenheid.

Stemadvies hoofdbestuur
Het hoofdbestuur adviseert het congres VOOR dit amendement te stemmen. Als aan de daarin omschreven voorwaarden is voldaan, accepteert het hoofdbestuur een dubbelfunctie afdelingsbestuurder/OR-lid.

34 t/m 37). Maximaal aantal zittingstermijnen kaderleden/bestuurders

34). Geen maximum aantal zittingsperiodes afdelingsbestuurders (Rotterdam)

Het verbod op een nieuwe kandidaatstelling na twee volledige zittingstermijnen als afdelingsbestuurder moet worden geschrapt. De afdeling Rotterdam stelt voor artikel 14 lid 4a HHR te wijzigen in:

De in functie gekozen afdelingsbestuurders worden gekozen voor vier jaar. Na een periode van vier jaar is verlenging met een periode van vier jaar mogelijk. Er geldt geen maximum aantal verlengingen vanuit de statuten/het huishoudelijk reglement. De afdelingen bepalen zelf hoe vaak termijnen mogen worden verlengd.

Toelichting
De afdeling Rotterdam is het eens dat het afdelingsbestuur per vier jaar aftreedt echter het gestelde in artikel 14 lid 4a HHR: ‘De in functie gekozen afdelingsbestuurders worden gekozen voor vier jaar. Verlenging is mogelijk voor vier jaar. Na twee aansluitende volledige zittingsperiodes kan een NPB-lid minstens vier jaar niet gekozen worden als afdelingsbestuurder.’ De afdeling kan zich niet vinden in de ‘onverkiesbaarheid van tenminste vier jaar’. Ook hier ligt verkramping op de loer waarbij het weglopen van kennis en kunde voor de afdeling Rotterdam een onaanvaardbare prijs is voor de zucht naar vernieuwing.

Stemadvies
Het hoofdbestuur laat het oordeel over dit voorstel aan het congres (geen stemadvies).

N.B. In het herziene huishoudelijk reglement 2022 is de bepaling over de zittingstermijnen van afdelingsbestuurders te vinden in artikel 8 lid 4.

---------------------------

35). Geen maximum aantal zittingsperiodes voor OR-leden (Rotterdam)

Het verbod op een nieuwe kandidaatstelling na twee volledige OR-zittingstermijnen moet geschrapt worden. Wij stellen het congres voor de afdelingen te laten beslissen wie er op de kieslijst voor de OR mogen en daar worden geen maximumtermijnen meer aan verbonden vanuit het HB.

Toelichting
Een maximale termijn hangen aan de medezeggenschap is de afdeling Rotterdam een doorn in het oog. Momenteel mogen NPB-vertegenwoordigers maximaal twee termijnen lid zijn van een OR/COR. Deze afspraak is gemaakt om de OR/COR tijdig te voorzien van ‘vers bloed’. Op zich een goed idee, echter door de tijd heen heeft het geleid tot krampachtige inzichten als wanneer deze periode start (bijvoorbeeld voor of na het congresbesluit).

Ook zijn er andere nadelige gevolgen zoals:

1. Wat te doen met onze vertegenwoordiging na de termijnen? Stappen die gewoon op? Of worden zij onze concurrenten onder een vrije lijst?
2. Verlies van kennis en kunde en historisch besef. We zetten goede krachten aan de kant.
3. Er leven bij onze leden veel vragen over bedrijfsvoering. Enige ervaring om hierop een goed antwoord te formuleren vraagt de nodige kennis en die is niet zomaar voor handen. Vernieuwen om te vernieuwen is dus niet altijd de juiste keuze.
4. Uiteindelijk gaat het ook om het democratisch proces nl. het gekozen worden door de collega’s. Als een kaderlid een groot draagvlak heeft en gekozen wordt, wie zijn wij als vakbond dan om daar een maximumtermijn aan te stellen?

Stemadvies
Het hoofdbestuur laat het oordeel over dit voorstel aan het congres (geen stemadvies).

Wel willen we graag benadrukken dat het korps zelf de afgelopen jaren niet heeft geïnvesteerd in het bevorderen van de roulatie ten gunste van een gezonde medezeggenschap. De NPB wil niet de enige organisatie zijn die dat uitgangspunt handhaaft, ook al onderschrijft het hoofdbestuur het belang ervan nog steeds.

-----------------------

36). Afdeling weer eindverantwoordelijk voor OR-kandidatenlijst (Limburg)

De afdelingen van de NPB krijgen vanaf 2022 de bevoegdheid terug om collega’s die twee achtereenvolgende (volledige) zittingstermijnen lid van de ondernemingsraad zijn geweest opnieuw te kandideren voor een direct aansluitende vervolgtermijn.

Toelichting
In 2018 heeft het ledencongres in Enschede ingestemd met een voorstel van de afdelingen Noord-Nederland en Oost-Nederland om een grens te stellen aan het aantal keren dat een afdeling een collega kan voordragen als kandidaat voor de ondernemingsraad. Dat heeft geleid tot de huidige bepaling in het huishoudelijk reglement (punt e van artikel 14) dat NPB-leden na twee aansluitende volledige zittingsperiodes van vier jaar als OR-lid niet meer kandidaat worden gesteld voor een aansluitende derde zittingstermijn, tenzij het hoofdbestuur daarvoor dispensatie verleent.

De afdeling Limburg vindt het onredelijk en onverstandig dat deze laatste bevoegdheid aan het hoofdbestuur is toegekend. Afdelingen zijn direct betrokken bij de opbouw van de kandidatenlijst voor OR-verkiezingen en dus het meest bekend met de plus- en minpunten van de kandidaten. Je zou het dus aan hen moeten overlaten om de tactische afweging te maken hoe belangrijk het is om ervaren krachten die daartoe bereid zijn nogmaals in te zetten – ook voor een derde termijn.

Uiteraard ziet ook de afdeling Limburg dat de NPB een zekere verantwoordelijkheid draagt voor de mate van doorstroom en verjonging die binnen de medezeggenschap mogelijk is. Vandaar dat wij opteren voor de volgende bepaling: NPB-leden worden na twee aansluitende volledige zittingsperiodes van vier jaar als OR-lid niet meer kandidaat gesteld voor een aansluitende derde zittingstermijn, tenzij de afdeling dat om tactische redenen noodzakelijk acht om een optimaal verkiezingsresultaat te realiseren.

Stemadvies
Het hoofdbestuur laat het oordeel over dit voorstel aan het congres (geen stemadvies).

------------------------

37). Leden beroepscommissie bondsraad benoemen voor onbepaalde tijd (Rotterdam)

De afdeling Rotterdam stelt voor om artikel 26 lid 3 van de statuten als volgt te wijzigen: Leden van de beroepscommissie worden gekozen voor onbepaalde tijd.

Toelichting
Nu geldt een zittingstermijn van vier jaar. De leden van de beroepscommissie worden gekozen uit de bondsraad en het ligt in de lijn om kennis en kunde van de beroepscommissie te behouden en daarom ook voor onbepaalde tijd te benoemen. Uiteindelijk heeft de bondsraad het laatste woord in beroepszaken. Dit soort zaken komen (gelukkig) niet vaak voor, daarom heeft het vastleggen van een bepaalde termijn naar het idee van de afdeling Rotterdam een negatief effect. De afdeling Rotterdam stelt voor om leden van de beroepscommissie te kiezen voor onbepaalde tijd. De commissieleden die niet langer lid zijn van de bondsraad stemmen (uiteraard) niet met de ledenvertegenwoordigers mee over de uiteindelijke adviezen die de commissie produceert.

Stemadvies
Het hoofdbestuur ontraadt het congres dit voorstel aan te nemen. Het doel van dit voorstel is het behoud van ervaring, kennis en kunde voor de beroepscommissie. Praktisch is een verkiezing van commissieleden voor onbepaalde tijd echter in strijd met de bepaling dat de commissie moet bestaan uit ledenvertegenwoordigers in de (huidige) bondsraad. Iemand die niet langer als ledenvertegenwoordiger in de bondsraad zit, zou dan immers nog wel in de beroepscommissie kunnen (blijven) zitten.

In de huidige situatie kan iemand lid blijven van de beroepscommissie van de bondsraad zolang hij als ledenvertegenwoordiger deel uitmaakt van de bondsraad. Het bestuur voelt weinig voor het loslaten van het principiële uitgangspunt dat leden van de beroepscommissie moeten behoren tot de huidige (gekozen) ledenvertegenwoordigers in de bondsraad.

-------------------------------------

Amendement (Oost-Brabant)
De afdeling Oost-Brabant stelt voor om in de statuten vast te leggen dat leden van de beroepscommissie worden benoemd voor de tijd dat ze lid zijn van de bondsraad.

Stemadvies hoofdbestuur
Het hoofdbestuur adviseert het congres TEGEN dit amendement te stemmen. In de praktijk gaat het vaak al zoals dit amendement beoogt: ervaren commissieleden die opnieuw in de bondsraad zijn gekozen worden vanwege hun deskundigheid ook herkozen als commissielid. Dit dwingend voorschrijven voor elk zittend commissielid leidt ertoe dat andere leden van de bondsraad zich niet of nauwelijks nog kandidaat kunnen stellen. Ook ontneem je de bondsraad daardoor de optie om desgewenst voor een andere samenstelling te kiezen.

38 t/m 44). Communicatie tussen bestuur en (kader)leden moet beter

38). Dagelijks bestuur moet beter communiceren (Politieacademie)

Het dagelijks bestuur moet de (kader)leden van de NPB beter gaan informeren over zijn activiteiten, plannen en besluiten. Dat wil zeggen: zo vroeg mogelijk, zo vaak mogelijk en zo volledig mogelijk.

Toelichting
Hoewel we leven en werken in het informatietijdperk communiceert het dagelijks bestuur opvallend weinig met de achterban over zijn werkzaamheden, de inhoud en opbrengst van gevoerde besprekingen, de ontwikkeling van plannen en activiteiten, de wel of niet bereikte resultaten en de prestaties die onder zijn leiding door de werkorganisatie worden geleverd. Het structureel produceren en beschikbaar stellen van deze informatie zou een erezaak moeten zijn voor een bond die democratische besluitvorming en volop werken met gemotiveerde vrijwilligers hoog in het vaandel heeft staan.

Om die ambities waar te maken moet je als bestuur investeren in de betrokkenheid van je kaderleden en je achterban door ze vanuit de machinekamer van de vereniging maximaal van informatie te voorzien – laten weten waar je namens hen mee bezig bent, welke vorderingen en tegenslagen er te melden zijn en natuurlijk op welke punten je hun hulp nodig hebt om je doelen te bereiken.

Stemadvies
Het hoofdbestuur ontraadt het congres dit voorstel aan te nemen. Ten eerste zijn we het niet eens met de stelling dat het dagelijks bestuur de (kader)leden van de bond onvoldoende informeert over zijn werkzaamheden, de ontwikkeling van plannen en activiteiten en de bereikte resultaten. Ten tweede is het voorstel zo algemeen geformuleerd dat het geen praktische aanknopingspunten geeft voor mogelijke verbeteringen.

----------------------------

Amendement (Politieacademie)
Voortaan wordt minimaal twee weken van tevoren de agenda van het DB/HB-overleg aan de afdelingen bekend gemaakt, voorzien van onderleggers over wie wat inbrengt, een toelichting en informatie over welk besluit wordt gevraagd.

Hierdoor kunnen de afdelingen tijdig samen met hun HB-lid de voor hen relevante zaken bespreken, duiden en eventueel positie bepalen. Binnen een week na het DB/HB-overleg kan dan ook een zo volledig mogelijke terugkoppeling aan de afdelingen worden gegeven, waarop het betreffende HB-lid eventueel nadere uitleg kan geven.

Toelichting
We leven en werken in een informatietijdperk waarbij het DB/HB tijdig en transparant over zijn werkzaamheden, de inhoud en opbrengst van gevoerde besprekingen, de ontwikkeling van plannen en activiteiten, de wel of niet bereikte resultaten en de prestaties die onder zijn leiding door de werkorganisatie worden geleverd, dient te communiceren.

Tot nu toe kregen wij inzage in een agenda van de DB/HB-bespreking, een week voor dat overleg, zonder opleggers/onderleggers, zonder notulen, gespreknotities en/of besluitenlijst. Dan ben je als afdeling afhankelijk van de individuele duiding die een HB-lid wil en kan geven, veelal achteraf en ook is gebleken voor een verschillende uitleg vatbaar.

Stemadvies hoofdbestuur
Het hoofdbestuur adviseert het congres TEGEN dit amendement te stemmen. Wij zien meer in het bevorderen van mondelinge overdracht tussen de hoofdbestuurders en de afdelingsbesturen. Vertrouwelijke informatie mag daarbij uiteraard uitgewisseld worden.

-------------------------------

39). Invoering NPB-beleidsplan (Landelijke Eenheid)

Het hoofdbestuur maakt een beleidsplan waarin wordt vastgelegd welke concrete doelen de bond in een bepaalde periode wil realiseren. De uitvoering wordt gaandeweg gecontroleerd op doeltreffendheid en indien nodig bijgesteld conform de PDCA-cyclus (Plan-Do-Check-Act).

Toelichting
De huidige positie van de (vertegenwoordigers van de) leden binnen de besluitvorming van de NPB heeft een te reactief karakter. Het bestuur wacht te lang met duidelijk maken waar ze op koerst, welke besluiten ze wil nemen en waarom. Dit brengt het risico met zich mee van onnodige tijdsdruk en/of te weinig mogelijkheden om andere keuzes te overwegen.

De afdeling Landelijke Eenheid zou graag zien de invloed van de (vertegenwoordigers van de) leden een inhoudelijke impuls krijgt door het (her)invoeren van een beleidsplan. Alleen op die manier kunnen zij bijtijds op relevante wijze met het bestuur discussiëren over de koers van de bond op allerlei terreinen en de resultaten die dat oplevert.

Stemadvies
Het hoofdbestuur werkt aan een missie en visie-document om op basis daarvan een beleidsplan te kunnen uitwerken dat aan de vereniging wordt voorgelegd. De voorbereidingen voor het invoeren van een NPB-beleidsplan zijn dus eigenlijk al in gang gezet. Het hoofdbestuur adviseert het congres dan ook dit voorstel aan te nemen.

--------------------------------

Amendement (Oost-Brabant)
De eerste zin moet worden aangevuld: ‘Het hoofdbestuur maakt een beleidsplan voor alle leden en doelgroepen binnen de vereniging, waarin wordt vastgelegd welke concrete doelen de bond in een bepaalde periode wil realiseren.

Stemadvies hoofdbestuur
Het hoofdbestuur adviseert het congres TEGEN dit amendement te stemmen. Wij sluiten geen doelgroep uit, voorstel plan omvat dit al. Beleidsplan moet over hoofdlijnen gaan en de dan geldende actualiteiten.

---------------------------------

40). Investeren in publicatie van notulen en beleidsnotities (Limburg)

De NPB gaat zijn (kader)leden op een beveiligde plek op internet (app en/of website) actuele informatie aanbieden over de totstandkoming en uitvoering van het bondsbeleid, in de vorm van (bewerkte) vergadernotulen en beleidsnotities.

Toelichting
De (kader)leden van de NPB krijgen van het bestuur opvallend weinig informatie aangeboden over het verloop van de beraadslagingen tijdens vergaderingen van prominente organen als het hoofdbestuur en de bondsraad. Het publiceren van de notulen van deze bijeenkomsten – of een bewerking daarvan – is jarenlang door het bestuur tegengehouden en inmiddels worden er zelfs helemaal geen vergaderverslagen meer gemaakt. Ook de informatievoorziening via zelfgemaakte beleidsnotities en - plannen is binnen onze vereniging nagenoeg tot stilstand gekomen.

De afdeling Limburg vindt dat een spijtige ontwikkeling, aangezien een royale en geestdriftige communicatie op dit terrein kan bijdragen aan meer betrokkenheid bij en waardering voor het vakbondswerk onder de (kader)leden. Ook kan het aanbieden van deze informatie gezien worden als een vorm van verwachtingenmanagement. Wat ons betreft moet de NPB dus zo snel mogelijk weer vergadernotulen en beleidsnotities gaan maken en ervoor zorgen dat zijn (kader)leden deze teksten – al dan niet in bewerkte vorm – in een beveiligde omgeving op internet kunnen lezen.

Stemadvies
Het hoofdbestuur adviseert het congres dit voorstel aan te nemen. Het voorstel komt uit meerdere afdelingen; blijkbaar is er behoefte aan (meer) terugkoppeling vanuit het HB naar de afdelingen.

-----------------------------------

41). Beschikbaar stellen notulen HB-vergaderingen (Rotterdam)

De afdeling Rotterdam stelt voor dat van de vergaderingen van het HB notulen worden opgemaakt (met uitzondering van persoonlijke zaken) en dat deze gedeeld worden met de leden van de bondsraad.

Toelichting
De afdeling Rotterdam heeft met enige verbazing en weerzin kennisgenomen van het besluit van het HB om van hun vergaderingen geen notulen meer op te maken en te verspreiden. Momenteel maakt men alleen een actiepuntenlijst, die bij lange na niet de informatie biedt van de notulen van een vergadering. Dit draagt niet bij aan het tot stand komen van meer openheid en transparantie binnen de vereniging.

Het maken van notulen sluit ook goed aan bij het instellen van een vervangend HB lid als bedoeld in congresvoorstel 10 van de afdeling Rotterdam.

Tenslotte heeft het in een gesprek doorgeven van informatie niet die objectieve waarde die er wel bij notulen terug te vinden is. Uitzondering zou kunnen zijn dat persoonlijke zaken niet in de notulen worden verwerkt.

Stemadvies
Het hoofdbestuur adviseert het congres dit voorstel aan te nemen. Het voorstel komt uit meerdere afdelingen; blijkbaar is er behoefte aan (meer) terugkoppeling vanuit het HB naar de afdelingen.

----------------------

42). Uitbrengen NPB-jaarverslag in ere herstellen (Limburg)

Het NPB-bestuur gaat weer serieus werk maken van zijn taak om jaarlijks voor 1 juli een jaarverslag uit te brengen.

Toelichting
De uitstekende traditie om jaarlijks aan de achterban verslag uit te brengen over de geleverde prestaties, gemaakte plannen, bijzondere ervaringen en relevante ontwikkelingen is de afgelopen jaren helaas in de versukkeling geraakt. De afdeling Limburg betreurt dat; wij zien de publicatie van zo’n jaaroverzicht als een impuls voor de betrokkenheid bij en waardering voor het vakbondswerk onder de (kader)leden.

Ook kan het aanbieden van deze informatie gezien worden als een vorm van verwachtingenmanagement. Wij willen deze traditie dus graag weer in ere hersteld zien; zij staat niet voor niets in het huishoudelijk reglement vermeld als een van de taken van het hoofdbestuur.

Stemadvies
Het hoofdbestuur adviseert het congres dit voorstel aan te nemen. Het elke twaalf maanden uitbrengen van een jaarverslag wordt praktisch onvermijdelijk bij de invoering van een jaarlijks ledencongres – een beleidswijziging waar het HB tijdens het congres ook zelf voor zal pleiten.

---------------------------

43). Plaatsen inlog-optie op de NPB-website (Limburg)

De website van de NPB krijgt zo spoedig mogelijk weer een inlog-knop ( Mijn NPB), zodat de bond daarop weer exclusieve informatie kan plaatsen voor zijn (kader)leden.

Toelichting
Bij de totstandkoming van de huidige NPB-website is ervoor gekozen geen inlogfunctie in te bouwen. De afgelopen jaren is duidelijk geworden dat zo’n speciale ‘dimensie’ toch wel erg handig is als je (kader)leden exclusieve toegang wilt geven tot bepaalde informatie (contactgegevens bijvoorbeeld). De NPB-app is om die reden inmiddels van een inlog voorzien. Om hem optimaal te laten functioneren als informatiekanaal moet dat bij onze website ook zo snel mogelijk gebeuren.

Stemadvies
Het hoofdbestuur adviseert het congres dit voorstel aan te nemen. Het communicatiebeleid dat vijf jaar geleden is ingezet wordt momenteel geëvalueerd. Een proces dat onder andere moet leiden tot verbeteringen in de opzet en gebruiksvriendelijkheid van de NPB-website. Het (laten) aanbrengen van een inlogmogelijkheid voor leden staat daarbij hoog op de prioriteitenlijst.

---------------------

44). Invoeren beveiligde e-mailboxen voor de afdelingen

De afdeling Landelijke Eenheid stelt voor alle afdelingsbesturen te voorzien van een functionele e-mailbox met de extensie @politiebond.nl. Dit verhoogt de veiligheid van het delen van (vaak gevoelige, operationele) informatie met onze leden, en zorgt voor een professionele en uniforme uitstraling.

Toelichting
Operationele informatie of informatie over politieprocessen mag in principe niet zomaar worden gedeeld, maar bij IBB-zaken ontkomen onze leden daar soms niet aan. De NPB dient hiervoor een veilig klimaat te creëren. Het verstrekken van functionele e-mailboxen met de extensie politiebond.nl kan daaraan bijdragen.

Stemadvies
Het hoofdbestuur adviseert het congres dit voorstel aan te nemen.

45 t/m 49). Meer duidelijkheid over digitale ledenraadplegingen

45). De aanduiding van een digitale stemming onder NPB-leden (Zeeland-West-Brabant)

In de statuten en het HHR wordt het houden van een digitale stemming onder NPB-leden voortaan overal op dezelfde manier aangeduid, te weten als een digitale ledenraadpleging.

Toelichting
In de huidige statuten en het huidige huishoudelijk reglement worden voor het houden van digitale stemmingen drie verschillende benamingen gebruikt, terwijl hetzelfde bedoeld wordt. Artikel 27 van de statuten heeft het over een digitale ledenpeiling. Artikel 14 van het HHR heeft het over een digitale ledenraadpleging. Artikel 20 van het HHR heeft het over een digitale stemming. Dat kan dus duidelijker.

Stemadvies
Het hoofdbestuur adviseert het congres dit voorstel aan te nemen en daardoor te bevorderen dat deze eenduidigheid ook in de herziene 2022-versie van de statuten en het HHR wordt gerealiseerd.

N.B. In de herziene versie van de statuten en het huishoudelijk reglement 2022 staan de hierboven genoemde uiteenlopende aanduidingen in artikel 25 en 30 van de statuten en in artikel 12 van het HHR.

-----------------------

46). Minstens 10% digitale response: uitkomst bindend (Zeeland-West-Brabant)

Artikel 27 van de statuten wordt dusdanig gewijzigd dat voortaan de uitkomst van een digitale ledenraadpleging bindend is wanneer er voldaan is aan de 10%- norm. Er hoeft dan geen fysieke stemming meer plaats te vinden op een ledenvergadering.

Toelichting
In democratische zin is het houden van twee soorten van stemmingen (digitaal en fysiek tijdens een ledenvergadering) niet gewenst. Wanneer bij een digitale ledenraadpleging aan de 10% norm is voldaan moet de uitslag van die peiling bindend zijn. Wanneer beiden gebruikt worden kan het zo zijn dat leden twee keer kunnen stemmen, digitaal en fysiek. Dat is onwenselijk en vanuit democratisch standpunt bezien niet goed.

Stemadvies
Het hoofdbestuur ontraadt het congres dit voorstel aan te nemen. Wij vinden het geen goed idee om bij een deelname van minimaal 10% van de leden aan een digitale ledenraadpleging geen rekening meer te houden met de uitgebrachte stemmen op een fysieke ledenbijeenkomst. Dat maakt fysieke ledenraadplegingen overbodig, terwijl daar juist de mogelijkheid wordt geboden om standpunten uit te wisselen en het debat te voeren alvorens er gestemd wordt. Hierin ziet het hoofdbestuur de toegevoegde waarde van een fysieke bijeenkomst.

De huidige bepaling over digitaal stemmen in de statuten doet volgens het hoofdbestuur meer recht aan de verenigingsdemocratie. Zij schrijft voor dat een response van minstens 10% bij een digitale ledenraadpleging ertoe leidt dat deze stemmen worden samengevoegd met de stemmen die tijdens de fysieke ledenraadpleging worden uitgebracht. De digitale stemmen tellen dan dus volledig mee bij het bepalen van de meerderheid en kunnen niet overruled worden door de wellicht kleinere groep aanwezigen die op de fysieke bijeenkomst zijn stem uitbrengt. Meerdere keren stemmen is niet toegestaan. De uitgebrachte stemmen moeten daarop zorgvuldig gecontroleerd worden.

----------------------------------

Amendement (Oost-Nederland)
Laat de 10%-norm vervallen en tel de digitale en fysieke stemmen gewoon altijd bij elkaar op. Het meerdere keren uitbrengen van een stem kan eenvoudig voorkomen worden.

Stemadvies hoofdbestuur
Het hoofdbestuur adviseert het congres VOOR dit amendement te stemmen. De praktijk is dat leden meer digitaal bevraagd worden en dat er digitaal meer gereageerd wordt dan er leden aanwezig zijn op fysieke bijeenkomsten. De 10%-norm zorgt ervoor dat de digitaal uitgebrachte stemmen minder betekenis krijgen en dat is in het huidige digitale tijdperk niet langer uitlegbaar.

---------------------

47). Minder dan 10% response bij digitale ledenpeiling: uitkomst is richtinggevend (Zeeland-West-Brabant)

Is bij de digitale ledenraadpleging niet aan de 10%-norm voldaan, dan moet een daartoe uitgeschreven ledenvergadering uitsluitsel geven. Daarbij geldt de uitslag van de digitale ledenpeiling als richtinggevend.

Stemadvies
Het hoofdbestuur ontraadt het congres dit voorstel aan te nemen. Ten eerste is het merkwaardig om de uitkomst van een digitale ledenraadpleging bij alle deelnamepercentages onder de tien richtinggevend te laten zijn en dus geen onderscheid te maken tussen de uitkomst bij een deelnamepercentage van acht of van twee procent.
Ten tweede maakt het voorstel niet duidelijk wat precies verstaan moet worden onder richtinggevend. Op welke manier kan door een fysieke stemming tijdens de ledenvergadering dan nog verandering worden gebracht in ‘de richting’ van de uitkomst?

Amendement (Oost-Nederland)
Laat de 10%-norm vervallen en tel de digitale en fysieke stemmen gewoon altijd bij elkaar op. Het meerdere keren uitbrengen van een stem kan eenvoudig voorkomen worden.

Stemadvies hoofdbestuur
Het hoofdbestuur adviseert het congres VOOR dit amendement te stemmen. De praktijk is dat leden meer digitaal bevraagd worden en dat er digitaal meer gereageerd wordt dan er leden aanwezig zijn op fysieke bijeenkomsten. De 10%-norm zorgt ervoor dat de digitaal uitgebrachte stemmen minder betekenis krijgen en dat is in het huidige digitale tijdperk niet langer uitlegbaar.

----------------------------

48). Duidelijkheid over geldigheid 10%-norm digitale NPB-stemming (Zeeland-West-Brabant)

De redactie van statuten/HHR moet optimaal duidelijk maken dat bij alle digitale ledenraadplegingen de 10%-norm van kracht is voor de geldigheid van de stemmen. Daarom wordt in artikel 14 van het huishoudelijk reglement (Ledenvergadering) de verwijzing naar artikel 27 van de statuten (Wijze van stemmen) geschrapt.

Toelichting
In de bepalingen over een digitale ledenpeiling (artikel 27 statuten) en een digitale ledenraadpleging (artikel 14 HHR) wordt uitdrukkelijk vermeld dat de uitkomsten alleen meetellen bij een deelname van minimaal tien procent van het ledenaantal. Artikel 20 van het HHR schrijft voor dat over de benoeming van een hoofdbestuurder namens de afdeling een digitale stemming moet worden gehouden, maar bevat geen bepaling over een deelname-drempel die bepaalt of de uitkomsten mogen worden meegeteld.

Het is uiteraard wel de bedoeling dat die deelname-drempel ook bij deze digitale ledenraadpleging gehanteerd wordt. Vandaar het voorstel om voor meer duidelijkheid de verwijzing naar de basisbepaling op dat gebied (artikel 27 van de statuten) weg te halen bij artikel 14 van het huishoudelijk reglement. Dat voorkomt dat er twijfel kan ontstaan over de algemene geldigheid van artikel 27 van de statuten.

Stemadvies
Het hoofdbestuur begrijpt dit voorstel, maar moet tegelijkertijd constateren dat de beoogde verduidelijking in feite al is uitgevoerd tijdens de redactionele herziening van de statuten en het huishoudelijk reglement. Wij adviseren de afdeling Zeeland-West-Brabant dan ook om dit voorstel in te trekken.  

----------------------------

49). Voor elke nieuwe cao-ronde een ledenraadpleging cao-wensen (NPB Jong)

De NPB moet voor elke nieuwe cao-ronde zijn (jonge) leden raadplegen over de gewenste (cao-)onderwerpen via de uitvraagmogelijkheden van de NPB-app en van social media zoals Instagram. Deze aanpak is noodzakelijk als je wilt dat de (jonge) leden zich meer bij de (voorbereiding van) de cao en andere lopende onderwerpen betrokken voelen. Ook kan hierdoor een nieuw inzicht ontstaan in de wensen van de leden als het om (bepaalde) arbeidsvoorwaarden gaat. Uiteraard zonder garanties dat de ingebrachte punten daadwerkelijk onderdeel worden van de onderhandelingen.

Toelichting
Medio 2021 hebben de politiebonden onder bijzondere omstandigheden een kortdurende politie-cao voor één jaar afgesloten. Daarna begonnen direct de voorbereidingen voor de onderhandelingen over een volgende cao. Er is toen besloten om de inzet van de bonden bij deze onderhandelingen hoofdzakelijk samen te stellen uit bestaande en overgebleven onderwerpen van de vorige onderhandelingsperiode. Er werd voor gekozen om geen uitvraag bij leden te doen over wat zij voor deze inzet belangrijk zouden vinden. NPB Jong vindt dat een verkeerde keuze.

Stemadvies
Het hoofdbestuur adviseert het congres dit voorstel aan te nemen. De NPB raadpleegt sinds jaar en dag zijn achterban over de inzet van de bond bij komende cao-onderhandelingen. Daarbij halen we alle communicatiemiddelen uit de kast - ook de app en ook onze sociale media-kanalen. Ook in 2021 zijn de leden voorafgaande aan het cao-onderhandelingen geraadpleegd over de cao-inzet. Alleen is er gekozen voor een andere volgorde dan gebruikelijk: eerst zelf een inzet maken en daarna aan de leden vragen of we iets vergeten waren, waarna wensen die nog niet in beeld waren bij de NPB alsnog zijn toegevoegd.

---------------------------------

Amendement (Oost-Brabant)
De afdeling Oost-Brabant stelt voor ‘social media zoals Instagram’ weg te laten, aangezien die niet Nederlands zijn en het dus niet veilig genoeg is om de leden daarmee te raadplegen.

Stemadvies hoofdbestuur
Het hoofdbestuur adviseert het congres VOOR dit amendement te stemmen.

50 en 51). Meer duidelijkheid over bijdrage NPB aan OR-verkiezingen

50). Borging deelname NPB-afdelingen aan OR-verkiezingen (Rotterdam)

De afdeling Rotterdam stelt aan het congres voor om binnen de vereniging de verplichting op te nemen om in iedere eenheid mee te doen aan de OR-verkiezingen. Er wordt dus in iedere eenheid een kandidatenlijst aangeleverd.

Toelichting
De afdeling Rotterdam heeft met enige verwondering gekeken naar de laatste OR-verkiezingen, waarbij er afdelingen zonder NPB-lijst de verkiezingen in gingen. Naar het idee van de afdeling Rotterdam was dit niet overeenkomstig het gestelde in artikel 4 van de statuten onder f en is er behoefte aan een meer duidelijke uitleg over de ondersteuning van de vakbond tijdens de OR-verkiezingen.

Het zou volgens de afdeling niet aan het vrije veld overgelaten moeten worden of een afdeling wel of niet een lijst indient. Indien zulks niet mogelijk is dan moet er vanuit de NPB-werkorganisatie of vanuit andere afdeling hulp komen, zodat het uitbrengen van een lijst uiteindelijk wel mogelijk is. Het is namelijk van bijzonder belang dat de afdelingen ook goed op de hoogte zijn van de zaken die in de OR spelen. Daarnaast is het voor de OR van bijzonder belang om de koers van de NPB te kennen. Fractie-overleggen met de afdelingen kunnen ook alleen maar indien er ook een NPB-fractie in de OR aanwezig is.

Stemadvies
Het hoofdbestuur ontraadt het congres dit voorstel aan te nemen. De praktische invulling van de medezeggenschap bij de politie en de rol van de bonden in dat krachtenveld is momenteel onderwerp van discussie. In plaats van nu alvast dwingend vast te leggen hoe de bond punt f van artikel 4 van de statuten over vier jaar moet invullen voelen wij meer voor het omarmen van het volgende congresvoorstel over hetzelfde onderwerp van de afdeling Noord-Holland.

---------------------------

51). Standpunt effectieve medezeggenschap uitwerken (Noord-Holland)

De NPB ontwikkelt de komende twee jaar een duidelijk en realistisch standpunt over de inrichting van de medezeggenschap bij de politie die voor de medewerkers het meest effectief is en die de bond voortaan in het belang van zijn leden zal nastreven.

Toelichting
De huidige inrichting van de medezeggenschap bij de politie staat ter discussie. Het werven en presenteren van potentiële personeelsvertegenwoordigers verloopt grotendeels via de vakbonden. Dat lijkt op gespannen voet te staan met de beoogde ongebondenheid van de OR leden, maar in de praktijk krijgen de politiebonden voor al hun investeringen in OR verkiezingscampagnes weinig invloed op het doen en laten van ondernemingsraden terug. Tegelijk bestaat het risico dat de huidige aanpak (= door de vakbondslijsten gedomineerde verkiezingen) geschikte kandidaten tegen de borst stuit en dus uit beeld houdt.

De sluimerende onvrede over de huidige aanpak heeft geleid tot opvallende initiatieven. In Limburg hebben de bonden vooraf een zetelverdeling afgesproken en ieder voor zich het benodigde aantal kandidaten geleverd, zodat er geen verkiezingen meer noodzakelijk waren. In Den Haag hebben de NPB en de ACP de OR-verkiezingen in 2021 helemaal links laten liggen. In plaats daarvan zijn ze begonnen aan het ontwikkelen van een nieuwe vorm van medezeggenschap buiten de ondernemingsraad om.

Binnen de NPB is afgelopen jaren weer heftig gediscussieerd over de verenigbaarheid van kaderfuncties met het OR-lidmaatschap en over het aantal keren dat een collega zich via de NPB kandidaat mag stellen voor de OR.

Kortom: hoog tijd voor de NPB om dit onderwerp eens serieus uit te diepen en – in nauwe samenspraak met de afdelingen uiteraard – een duidelijke en realistische visie op de relatie tussen de vakbond en de medezeggenschap te formuleren, die als het richtsnoer kan dienen bij toekomstige beleidskeuzes.

Stemadvies
Het hoofdbestuur adviseert het congres dit voorstel aan te nemen.

52). Elke afdeling een activiteitenteam van en voor gepensioneerde leden

Congresvoorstel afdeling Noord-Nederland
De NPB stimuleert dat binnen elke afdeling van de bond een team van gepensioneerde collega’s wordt samengesteld dat activiteiten organiseert om de verbinding tussen de bond en zijn gepensioneerde leden warm houden. Binnen de afdeling zal deze taak als portefeuille worden weggezet om deze zo te bewaken.

Toelichting
Het behoud van zoveel mogelijk gepensioneerde politiemedewerkers als NPB-lid vereist een herkenbare bijdrage van de bond aan het onderlinge contact tussen deze collega’s en hun mogelijkheden om (zijdelings) betrokken te blijven bij het politiewerk en vakbondswerk – juist nadat ze met pensioen zijn gegaan.

Volgens ons bestaat er een grote behoefte onder oud-collega's om elkaar te treffen, te spreken en de verbinding met elkaar te onderhouden. Naast het organiseren van bijeenkomsten kan dit ook door bijvoorbeeld het regelmatig verspreiden van een op de doelgroep afgestemd bulletin met wetenswaardigheden rond actualiteiten en het uitdiepen van oudere gebeurtenissen via interviews met betrokken collega's.

Stemadvies
Het hoofdbestuur laat het oordeel over dit voorstel aan het congres (geen stemadvies) aangezien de afdelingen deze activiteit moeten organiseren. Daarbij willen we wel opmerken dat de NPB sinds kort samen met de ACP een pensioenmedewerker in dienst heeft genomen die behulpzaam kan zijn bij het organiseren van bijeenkomsten rond dit thema voor gepensioneerde leden.

-----------------------------------

Amendement (Oost-Brabant)
De afdeling Oost-Brabant stelt voor de laatste zin van dit voorstel te schrappen: ‘Binnen de afdeling zal deze taak als portefeuille worden weggezet om deze zo te bewaken’.

Stemadvies hoofdbestuur
Het hoofdbestuur adviseert het congres VOOR dit amendement te stemmen.

53) Afschaffen boa-certificaat als functie-eis

Congresvoorstel afdeling Noord-Nederland
Een politiemedewerker die al over een politiediploma beschikt en een functie uitoefent of wil gaan uitoefenen waarvoor een boa-certificaat noodzakelijk is, moet voor het verkrijgen daarvan nu verplicht (en keer op keer) de boa-opleiding volgen. In sommige gevallen kan men gebruikmaken van een vrijstelling van vijf jaar. De NPB moet zich sterk (blijven) maken voor het beëindigen van deze merkwaardige situatie.

Toelichting
De onbegrijpelijke boa-verplichting bovenop het politiediploma is voor veel collega’s een grote ergernis. Dat is vooral omdat zij erop lijkt te wijzen dat de werkgever te weinig oog heeft voor de individuele medewerker en de kwalificaties die hij (al) in huis heeft. Daarnaast zal het vaker gaan voorkomen dat collega’s die al in bezit zijn van een politiediploma op een functie komen waarvoor een boa-certificaat vereist is. Dan kost het de werkgever tijd en geld om deze collega’s op te leiden, wat niet wenselijk is en eigenlijk ook niet nodig.

Stemadvies
Het hoofdbestuur adviseert het congres dit voorstel aan te nemen. Het is een merkwaardige situatie dat executief generieke medewerkers die op een ath/boa-functie terechtkomen elke vijf jaar de boa-opleiding dienen te volgen. Ook voor medewerkers die werkzaam zijn in een ath/boa-vakgebied, zoals I&S, is het vaak een doorn in het oog dat men om de vijf jaar een opleiding moet volgen die (behoudens de opsporingsbevoegdheid) niet gericht is op hun feitelijke dagelijkse werkzaamheden.

54). Meer opties voor aantonen werk- en denkniveau (doorstroom)

54). Invoeren standaard-getuigschrift van leidinggevenden over iemands werk- en denkniveau (NPB Jong)

Bij onderhandelingen over verbeteringen in het loopbaanbeleid zal de NPB erop aandringen dat dat er een formulier wordt ontwikkeld waarop een leidinggevende zijn oordeel over het werk- en denkniveau van een medewerker kan vastleggen. Dit document kan vervolgens bij een sollicitatie worden gebruikt als bewijs van het voldoen aan de gestelde harde eisen van de desbetreffende functie.

Stemadvies
Het hoofdbestuur ontraadt het congres dit voorstel aan te nemen. Harde eisen zijn normaliter diploma’s zoals opgenomen in de opleidingsprofielen. Ook te vervangen door een EVC. Een formulier kan nooit de plaats innemen van een harde eis zoals een diploma.

----------------------------

Amendement (NPB Jong)
In de tweede zin van het voorstel wordt toegevoegd dat het beoogde getuigschrift niet alleen bij een sollicitatie maar ook [CURSIEF, VET] bij het opbouwen van een EVC en/of portfolio [EINDE] kan gelden als ondersteuning en bewijs dat de medewerker voldoet aan de gestelde harde eisen voor een bepaalde functie.

Stemadvies hoofdbestuur
Het hoofdbestuur adviseert het congres TEGEN dit amendement te stemmen. De beoogde toevoeging neemt niets weg van ons probleem met het oorspronkelijke congresvoorstel: het oordeel van een leidinggevende over iemands werk- en denkniveau is niet voldoende objectief om als bewijs voor een harde functie-eis te gelden. 

55). Meer aandacht voor mentale blessures

55). Elke vijf jaar een mental check up voor operationele politiemedewerkers (NPB Jong)

Bij onderhandelingen over verbeteringen van arbeidsomstandigheden zal de NPB erop aandringen dat elke operationele collega elke vijf jaar een mental check up krijgt aangeboden.

Toelichting
De afgelopen jaren zijn te veel collega’s mentaal geblesseerd geraakt en is een te groot aantal gediagnosticeerd met PTSS.

Stemadvies
Het hoofdbestuur adviseert het congres dit voorstel aan te nemen.

----------------------------

Amendement 1 (Limburg)
De afdeling Limburg stelt voor de genoemde termijn te veranderen van elke vijf jaar in elk jaar.

Amendement 2 (Noord-Nederland)
De afdeling Noord-Nederland stelt voor de termijn in dit voorstel te veranderen van elke vijf jaar in elke twee jaar.

Stemadvies hoofdbestuur
Het hoofdbestuur adviseert het congres TEGEN de amendementen 1 en 2 te stemmen. Mental check ups zijn al beschikbaar op verzoek van de medewerker en op aanraden van de leidinggevende. Deze jaarlijks of tweejaarlijks aan te bieden is kostbaar en ook belastend voor de collega’s zelf. Het gaat hier om een een-op-eengesprek met een psycholoog.

----------------------------------

Amendement 3A (Limburg)
De afdeling Limburg stelt voor te streven naar een mental check up voor iedere medewerker binnen de Nationale Politie.

Amendement 3B (Noord-Nederland)
De afdeling Noord-Nederland stelt voor dit voorstel genoemde doelgroep uit te breiden tot alle collega’s – in plaats van uitsluitend de ‘operationele politiemedewerkers’.

Stemadvies hoofdbestuur
Het hoofdbestuur adviseert het congres TEGEN de amendementen 3A en 3B te stemmen. Mental check ups zijn al beschikbaar op verzoek van de medewerker en op aanraden van de leidinggevende. Van de werkgever te eisen dat hij deze voorziening zonder deugdelijke aanleiding aan alle medewerkers gaat aanbieden is niet realistisch.