Wat is de inzet van de politiebonden bij de onderhandelingen over een nieuwe regeling voor vervroegde uittreding bij de politie?
De politiebonden willen dat de werkgever maximaal gebruik maakt van de nieuwe fiscale mogelijkheden die het pensioenakkoord biedt om binnen de politiesector een regeling voor vervroegde uittreding af te spreken. Praktisch gezien gaat het daarbij vooralsnog om twee belastingmaatregelen: een tijdelijke en een structurele.
Tijdelijke fiscale ruimte
Van 2021 tot en met 2025 versoepelt de overheid de fiscale boete van 52 procent op uitkeringen vanwege vervroegde uittreding – de zogenaamde RVU-heffing. In die vijf jaar kunnen werkgevers medewerkers drie jaar maximaal € 19.000 bruto per jaar uitbetalen als inkomen bij vervroegde uittreding zonder de RVU-heffing opgelegd te krijgen. Deze tijdelijke vrijstelling wordt alleen toegekend voor de drie jaar voordat een werknemer de AOW-leeftijd bereikt
Structurele fiscale ruimte
Het aantal uren dat werknemers belastingvrij verlof mogen opsparen wordt verdubbeld van 50 naar 100 weken. Wordt deze optie optimaal benut, dan kunnen werknemers ruim twee jaar voor hun AOW-leeftijd stoppen met werken.